Politie trekt ten strijde tegen nepwapens
Kinderen die met nepwapens op straat lopen: politiemensen worden er steeds vaker mee geconfronteerd en dat kan slecht aflopen. Daarom start maandag een campagne waarbij agenten op onder meer scholen en bij sportclubs gaan vertellen hoe gevaarlijk het kan zijn. De politie Rotterdam nam het initiatief voor de landelijke campagne.
Volgens een woordvoerster krijgt de politie landelijk twintig tot dertig meldingen per week over jongeren die op straat speelgoedwapens dragen. Deze zijn zo levensecht, dat de politie niet op afstand kan zien dat ze niet echt zijn. Agenten benaderen de jongeren dan als een vuurwapengevaarlijke verdachte, waarbij ze zelf hun wapen op die kinderen richten. „Een vuurwapen richten op een tiener is traumatisch, voor beide partijen en het kan ook nog eens slecht aflopen als ze niet doen wat agenten zeggen.”
Hoe vaak precies de politie te maken krijgt met dit soort situaties is niet duidelijk, maar de toename is overduidelijk, aldus de zegsvrouw. De politie wordt tegenwoordig eerder gebeld met meldingen over kinderen die lopen met dit soort ‘wapens’. „Zeker in de huidige tijd”, aldus de woordvoerster, die doelt op de dreiging van terreur.
Het bezit van nepvuurwapens is verboden in Nederland. Alleen speelgoedwapens met een zogeheten CE-keurmerk zijn toegestaan, maar het is verboden om ze openlijk op straat of in publieke ruimtes te dragen. Volgens de woordvoerster nemen veel mensen van hun vakantie in het buitenland nepwapens mee.
De campagne is gericht op jongeren van tien tot zestien jaar.
Het rondlopen met een nepvuurwapen dat geschikt is om iemand mee te bedreigen, wordt gezien als een misdrijf. Volgens de politie kan iemand daar maandenlange gevangenisstraf voor krijgen of een geldboete die kan oplopen tot meer dan 20.000 euro.