Rentebeleid Fed blijft beleggers een raadsel
De aandelenmarkten in New York verloren vrijdag licht terrein. Beleggers kauwden op weinig eenduidige uitlatingen van twee topbestuurders van de Federal Reserve, de Amerikaanse koepel van centrale banken, over het rentebeleid in de nabije toekomst.
De Dow-Jonesindex met daarin de dertig grootste Amerikaanse beursfondsen stond tijdens de middaghandel op 18.398 punten, een verlies van 0,3 procent. De bredere S&P 500 zakte 0,2 procent tot 2168 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq stond nagenoeg vlak op 5214 punten.
Fed-president Janet Yellen zei in haar toespraak voor de jaarlijkse top van centrale bankiers in Jackson Hole dat de kans op een renteverhoging de afgelopen maanden is toegenomen. Maar of de Fed al komende maand in actie verwacht te komen, viel uit haar woorden niet op te maken.
Heel wat stelliger was naderhand vicevoorzitter Stanley Fischer. Voor de camera van CNBC stipte hij zelfs de mogelijkheid aan dat de rente dit jaar nog nog twee keer wordt verhoogd, te beginnen in september.
Een hogere rente is in de regel niet goed voor de aandelenhandel. Maar de laatste jaren werd de rente extreem laag gehouden om het economisch herstel te stimuleren. Daarom wordt een verhoging ook gezien als een teken dat de Amerikaanse economie er weer beter voor staat. Met twee rentestappen in 2016 werd tot dusver echter nauwelijks meer rekening gehouden.
Beleggers kregen kort na de opening ook cijfers voorgeschoteld over het consumentenvertrouwen. Volgens een definitieve meting van de universiteit van Michigan is dat afgelopen maand licht afgenomen, tot het laagste niveau in vier maanden.
Telecomconcern Verizon was de sterkste daler bij de hoofdfondsen met een verlies van 1,4 procent. Fastfoodketen McDonald’s en chemieconcern Dupont verloren allebei 0,9 procent. Farmaceut Merck was de sterkste stijger in de Dow, met een winst van 0,5 procent.
De toegenomen kans op een Amerikaanse renteverhoging zette ook de euro onder druk. De munt werd verhandeld voor 1,1195 dollar, tegen 1,1280 aan het einde van de Europese beurshandel op donderdag. De prijs van een vat Amerikaanse olie bleek nagenoeg gelijk op 47,31 dollar. Brentolie werd 0,1 procent goedkoper en kostte per vat 49,65 dollar.