De Duitse bisschoppenconferentie publiceerde vorige week een rapport met het oog op de Reformatieherdenking volgend jaar. De uitgave, ”Reformatie in oecumenisch perspectief”, geeft weer hoe de dialoog tussen de Rooms-Katholieke Kerk en protestantse kerken zich de laatste tientallen jaren heeft ontwikkeld.

Met hun waarderende woorden over Luther proberen de bisschoppen breder onder de aandacht te brengen wat er is bereikt in de onderlinge samensprekingen tussen beide groepen.

Het eerste deel van het rapport bevat diverse oecumenische verklaringen, onder andere de gezamenlijke verklaring over de rechtvaardigingsleer van de Rooms-Katholieke Kerk en de Lutherse Wereldbond uit 1999. „Een mijlpaal in de oecumenische dialoog”, aldus het rapport.

Het tweede deel geeft (een uittreksel van) een aantal rooms-katholieke teksten sinds het Tweede Vaticaanse Concilie (1962-1965). Zoals de toespraak van paus Benedictus XVI in 2011 in Erfurt. Die noemde Luthers vraag ”Hoe krijg ik een genadig God?” een vraag die alle christenen aangaat.

„De katholieke kerk kan vandaag erkennen wat voor de Reformatie belangrijk was, namelijk dat de Heilige Schrift middelpunt en norm moet zijn voor het hele christelijke leven”, schrijven de bisschoppen in de inleiding op het rapport. Daaraan verbonden is een ander „fundamenteel inzicht” over de plaats van Christus. „Maarten Luther heeft ons opnieuw ingeprent dat Jezus Christus het middelpunt van de Heilige Schrift en de enige Middelaar is.”

In zijn voorwoord spreekt bisschop Gerhard Feige van Marburg, voorzitter van de oecumenische commissie van de bisschoppenconferentie, over „het Christusfeest 2017.” Een bredere bekendheid met de oecumenische teksten over Luther kan daaraan een belangrijke impuls geven, aldus de bisschop.