„De wereld duimt; Gods volk bidt”
„Genade is de onverdiende gunst die God aan onwaardigen bewijst. Genade voorziet in alle noden. Genade neemt alles uit handen van mensen en legt het in de handen van Christus.” Dat zei ds. P. den Butter, christelijk gereformeerd predikant te Middelharnis, zaterdag in Werkendam, waar de stichting Bewaar het Pand een bezinningsdag hield.
„Niet alles wat voor genade wordt aangeboden, is waarachtig”, zei ds. Den Butter. „Vandaar dat Petrus aan het eind van zijn eerste brief in een post scriptum spreekt van waarachtige genade van God. Die waarachtige genade is de inhoud van de hele Heilige Schrift. Elke prediker moet deze waarachtige genade van God aanprijzen, in samenhang met de persoonlijke toepassing en de aansporing daarin te geloven en daarop te vertrouwen”, aldus ds. Den Butter.
Zijn wij echt wel om genade verlegen? Die vraag stelde ds. G. Bouw, sinds kort verbonden aan de christelijke gereformeerde kerk te Alphen aan den Rijn. „De wereld duimt voor je, maar het kenmerk van Gods volk is dat ze een biddend leven hebben. Het gebed is de ademtocht van de ziel. Niet dat het leven van bidden afhangt. Als dat zo zou zijn, wat zou er dan van Petrus overgebleven zijn op de zeef van satan? Jezus zegt tegen Petrus dat Hij voor hem gebeden heeft. Hij leeft, om altijd voor Zijn volk te bidden”, zei ds. Bouw. „Hij bidt voor hen die door Hem tot God gaan. Zij zijn in Zijn Hogepriesterlijke voorbede begrepen. Christus heeft een onvergankelijk priesterschap, in tegenstelling tot dat van de oudtestamentische hogepriester.” Jezus Christus is volgens de Alphense predikant de enige gebedsgrond.
Ds. K. Visser, christelijk gereformeerd predikant te Barendrecht, riep de hoorders op om op te houden anderen de schuld te geven van het geestelijk verval en de toenemende wereldgelijkvormigheid in onze tijd. „Komt, en laat ons wederkeren tot de Heere.” Die oproep van de profeet Hosea hield hij ook zijn gehoor voor. „Hosea’s roep om weder te keren tot de Heere veronderstelt een Godsgemis”, aldus ds. Visser. Volgens hem is daar ook in onze dagen sprake van. De predikant signaleerde een verschraling van het geestelijk leven en weinig vrucht op de prediking. „Als we zo lauw blijven, heeft de Heere geen bemoeienis met ons. Maar door de liefde van God komt er beroering in dorre doodsbeenderen. De Heere laat Zich kennen door duidelijke bekeringen”, zei hij.
„Wachten is iets wat niet past in onze gestreste wereld”, zei de Werkendamse predikant ds. C. P. de Boer in zijn slotwoord. Met Hosea riep hij ertoe op om gedurig op God te wachten. „Dat is geen passief wachten, maar het is doen als een spin die in zijn gesponnen web geconcentreerd wacht op een prooi. Worstelen met God is de grondhouding van het wachten waar de profeet Hosea van spreekt. Het is een voortdurend, ingespannen wachten in een kinderlijk vertrouwen op God”, aldus ds. De Boer.