Binnenland

„Het liefst zou ik een bus vol Wit-Russische kinderen opvangen”

„Mogen wij zwemmen?” Dochter Paula (11) verwoordt wat haar Wit-Russische vriendinnetjes, Katja (11) en Luba (9), ook willen. Beide zusjes moeten zich bij het gastgezin Schonewille in Hollandscheveld in een walhalla wanen. Arend Schonewille: „Onze blokhut is honderd keer mooier dan hun huis.”

Gijsbert Wolvers
6 August 2016 16:25Gewijzigd op 16 November 2020 05:34
De familie Schonewille vangt elke zomer Wit-Russische kinderen op. „Zij ervaren hier vooral geborgenheid en veiligheid, maar ook structuur.” V.l.n.r.: Paula, Anita, Arend, Ruben, in de lucht hangen Katja en Luba.  beeld Fotopersburo Jacob Melissen
De familie Schonewille vangt elke zomer Wit-Russische kinderen op. „Zij ervaren hier vooral geborgenheid en veiligheid, maar ook structuur.” V.l.n.r.: Paula, Anita, Arend, Ruben, in de lucht hangen Katja en Luba.  beeld Fotopersburo Jacob Melissen

Het huis van de Schonewilles ligt op een 3000 vierkante meter groot perceel in het centrum van het Drentse dorp. De tuin huisvest een gemeubileerde blokhut met dito veranda, drie trampolines, een zwembad en een schommel.

Hier voelen de gastkinderen uit het zuidoosten van Wit-Rusland zich het meest op hun gemak. „Buiten de tuin zijn ze zelfs een beetje bang”, zegt gastmoeder Anita Schonewille (51), werkgroeplid van de Stichting Rusland Kinderhulp. De christelijke organisatie haalt jaarlijks enkele honderden kinderen uit Wit-Rusland naar Nederland. Om op krachten te komen, een leuke tijd te hebben én geestelijk voedsel te krijgen.

Ernstig ziek

Anita en haar man Arend (65) waren blij dat Katja en Luba, net als in 2014 en 2015, deze zomer voor vier weken kwamen. Toch vonden zij, en zoon Ruben (14), het erg jammer dat de broers van de meisjes, Iwan (13) en Arthur (11), er niet bij waren. Twee eerdere jaren waren de jongens er wel. „Arthur is ernstig ziek”, vertelt Arend. „Zijn broer Iwan zorgt voor hem.” Mogelijk heeft Arthur leukemie – het gezin woont niet ver van het radioactief besmette Tsjernobylgebied.

Vier gastkinderen in huis is pittig? Anita: „Het liefst zou ik de hele bus vol opvangen, maar die kan ik niet kwijt. De vier liepen hier gewoon met ons op. Iwan trok altijd met Ruben op, Arthur met Arend, en de meiden met elkaar. Paula is net moeder-overste.”

In Wit-Rusland zorgt vooral Iwan voor zijn familie. Zijn alleen­staande moeder is –of was– een alcoholiste die niet goed voor de kinderen zorgt. Het Nederlandse echtpaar bezocht het gezin in bittere armoede. Arend: „Er was niet eens een pad naar het houten huis toe. Voor de ramen hingen alleen wat plastic zakjes. Onze blokhut is honderd keer mooier.”

Anita maakt zich zorgen om de twee ondervoede zusjes. „Ze hadden blauwe plekken en zijn na twee weken nog steeds moe. Moet je nagaan, Luba woog 23 kilo toen ze hier kwam. Nu, na 2,5 week, is ze 24 kilo. En dat voor een 9-jarige!”

De eerste anderhalve week gingen de kinderen met Paula mee naar groep 7 van christelijke basisschool Het Mozaïek. „De kinderen pakken het Nederlands razendsnel op.”

In de vakantietijd gaan de meisjes bijvoorbeeld mee naar kringloopwinkeltjes. Deze morgen hebben ze in de blokhut gespeeld en bellengeblazen. Ze genieten ook van het trampolinespringen.

Het echtpaar Schonewille offert zijn eigen vakantie op voor de Wit-Russische kinderen. „We doen het voor de geborgenheid en de structuur die ze krijgen”, zegt Anita. Zij organiseert voor Rusland Kinderhulp de terugreis van kinderen uit het hele land via Hollandscheveld.

De banden met het gezin van de gastkinderen wordt hechter. Niet alleen betalen de Schonewilles de 200 euro reiskosten van en naar Wit-Rusland, ook regelen ze dat de koffers op de terugreis met kleren zijn gevuld. En zorgen ze regelmatig voor boodschappen voor het eenoudergezin en voor schoolspullen in het schooltje daar. „Ook al is het een druppel op een gloeiende plaat, het is belangrijk”, zegt Arend. „Ze leren dat je moet werken om iets gedaan te krijgen. Eén meisje dat hier te gast was, bereikte dat haar ouders geen wodka meer dronken, maar een kippen­boerderij opzetten. Ze werden welvarender.” Anita, kosteres in de plaatselijke hervormde gemeente, hoopt dat de kinderen thuis de van de stichting ontvangen kinderbijbel lezen. „We leren hier het avondgebedje ”Ik ga slapen ik ben moe” en ze lezen uit de Russische kinderbijbel van Evert Kuijt. Het belangrijkste is dat ze zelf geloven.” Anita zint op plannen om volgend jaar Arthur en Iwan weer te laten meekomen. „Als ik de medische zorg kan regelen…”

Bij het afscheid liggen de drie meiden te zonnen op een trampoline. „Paka (tot ziens)!”

>>rd.nl/gastgezin


zomerserie Gastgezin

Dit is het vierde deel in een serie over gastgezinnen. Zaterdag deel 5.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer