Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de commissie bodem­daling. De regionale omroep RTV Noord zag het nog niet gepubliceerde rapport in en bracht de uitkomst maandag naar buiten.

Op het onderzoek was aangedrongen door de landbouworganisatie LTO Noord. Die kreeg veel klachten van boeren over verzakkingen en schade aan drainage. De boeren zijn ervan overtuigd dat de gaswinning de oorzaak is. Maar volgens de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) is er in veel gevallen sprake van zogenoemde zettingsschade, bodemdaling door het kunstmatig verlagen van het grondwaterpeil.

De onderzoeksresultaten van Sweco wijzen op het gelijk van de NAM. „Het lijkt niet aannemelijk dat ongelijkmatige bodemdaling op perceelsniveau door gas­winning wordt veroorzaakt dan wel versterkt”, staat in het rapport. Volgens de onderzoekers zijn de lokale dalingen het gevolg van natuur­lijke processen als inklinking en verdichting, al dan niet in combinatie met menselijke ingrepen zoals het dempen van sloten.

Dat de gaswinning voor bodemdaling zorgt, is al langere tijd bekend. Om maatregelen voor het voorkomen en vergoeden van schade door bodemdaling te nemen, werd in 1984 de commissie bodemdaling opgericht door de provincie Groningen, de rijksoverheid en de NAM.

De landbouwgrond in Rottum en Wittewierum is sinds de start van de gaswinning in 1960, respectievelijk met 30 en 45 centimeter gedaald, zo heeft Sweco gemeten. Sinds 2009 –het jaar dat de aardbevingen in het gebied begonnen toe te nemen– is er lokaal sprake van 15 centimeter bodemdaling.

LTO-bestuurder Annette van Velde liet in een reactie aan RTV Noord weten dat ze de onderbouwing van het rapport veel te mager vindt. Volgens haar is het onderzoek te beperkt geweest om brede conclusies te kunnen trekken. Op enkele plekken wordt de ongelijkmatige bodemdaling verklaard, op andere niet. LTO Noord wil daarom aanvullend onderzoek.