Vergeten slagveld net over de grens
Over de slag om het Huertgenwald praten de Amerikanen liever niet. In het woord ”huert” horen zij hurt, pijn. Geen wonder, ze verloren in het Duitse bosgebied in de Tweede Wereldoorlog zeker 33.000 man. De Duitsers hadden zo’n 15.000 doden te betreuren.
De zwarte, granieten plaat in het bezoekerscentrum van de Amerikaanse begraafplaats Henri-Chapelle, 40 kilometer ten westen van het Huertgenwald in België, spreekt boekdelen. Op de platen staan twee kaarten van militaire campagnes. „Zij tonen wat de geallieerde troepen hebben bereikt in campagnes die van cruciaal belang waren”, zo meldt de folder van de begraafplaats.
Op de kaarten zijn met pijlen de belangrijkste Amerikaanse aanvallen aangegeven. Maar tussen de Duitse dorpen Vossenack en Schmidt is geen pijl te zien. Terwijl de Amerikanen bij meerdere aanvallen in oktober en november 1944 op het strategisch gelegen dorpen meer dan 10.000 manschappen verloren. Ze sneuvelden, raakten gewond of werden vermist. Keer op keer werden de Amerikaanse troepen teruggeslagen.
De begeleidende tekst in het bezoekerscentrum rept echter niet over grote verliezen en mislukkingen in het Huertgenwald. „In aansluiting op een verwoestend bombarderen door de achtste en negende air forces ontketenden Amerikaanse legers een offensief dwars door het Huertgenwald naar de rivier de Roer toe. De aanvallen vorderden nog steeds toen op 16 december de vijand in de Ardennen zijn laatste grote tegenoffensief inzette”, zo staat er met rode letters op wit marmer te lezen.
De waarheid is anders
Een verwoestend Amerikaans bombardement en succesvolle aanvallen. De waarheid is echter dat de Amerikaanse luchtmacht in het dichte, donkere Duitse bos maar weinig kon uitrichten. De Duitsers hadden hun bunkers, loopgraven en stellingen goed verstopt onder het dichte groen van de naaldbomen.
Ook met tanks konden de Amerikanen hier niet goed uit de voeten. De weinige wegen en paden in het Huertgenwald waren vaak te smal om de Amerikaanse Shermantanks door te laten.
Het gevolg was dat de infanterie meestal de zaak moest opknappen. De divisies bestonden echter veelal uit onervaren militairen, net aangekomen vanuit de Verenigde Staten. De meeste Duitse soldaten hadden echter al aan meerdere fronten gevochten. Ze waren gehard in de strijd en konden zich goed verschuilen in de vele bunkers en schuttersputten.
De Duitse artillerie was sterk en goed ingeschoten. De Amerikanen hadden geleerd bij een beschieting plat op de grond te gaan liggen. Maar in het dichte bos had dit juist een averechts effect. De artilleriegranaten ontploften in de boomtoppen, waardoor er een regen aan granaatscherven en grote stukken hout op de soldaten neer kwamen. Met alle dodelijke gevallen van dien.
Door de voortdurende artillerie- en mortierbeschietingen leden veel Amerikaanse militairen aan shellshock, later posttraumatische stressstoornis genoemd.
Op de kaart in het Belgische bezoekerscentrum is bij Vossenack het embleem van de 28e infanteriedivisie afgebeeld: een rood ingekleurde trapeziumvorm die enigszins aan een emmer doet denken. De divisie wordt sinds de slag om het Huertgenwald de ”Bloody Bucket”-divisie genoemd vanwege de bloedige verliezen.
Het exacte aantal gesneuvelde militairen is niet bekend. De Amerikaanse auteur en Vietnamveteraan Michael Clodfelter schrijft dat er 23.000 landgenoten zijn omgekomen bij gevechtshandelingen en 8000 op een andere manier. Websites over de Tweede Wereldoorlog reppen van 57.000 doden. Ze zijn voor het grootste deel in Amerika begraven, maar ook op begraafplaatsen Henri-Chapelle (België) en Margraten (Nederland) zijn duizenden gesneuvelden ter aarde besteld.
Vraagtekens
Op de genoemde websites zetten deskundigen en historici grote vraagtekens bij het nut van slag om het Huertgenwald. Toen de Amerikanen na vijf maanden vechten uiteindelijk het 130 hectare grote bos hadden veroverd, bliezen de Duitsers de kleppen van de Schwammenaueldam in de Roer op. Daardoor stroomde de rivier over, met als gevolg oponthoud voor de Amerikanen. Dit was nu juist wat zij wilden voorkomen (zie kader ”Waarom?”).
Amateurhistoricus Pieter Jutte schrijft op strijdbewijs.nl over de beslissing van de Amerikaanse staf om het bos toch te veroveren: „Je kunt maar één conclusie trekken: dat het een misdadige beslissing was van arrogante officieren die weigerden te geloven dat hun opdrachten niet uitvoerbaar waren. In de huidige oorlogvoering zouden de opdrachtgevers niet ontkomen zijn aan een gerechtelijk onderzoek en wellicht veroordeeld zijn voor misdaden om zonder enig begrip of mededogen jonge mannen een toekomst te ontzeggen door ze willens en wetens in een gehaktmolen te stoppen.”
Het is niet voor niets dat de Amerikanen deze zwarte bladzijde zo veel mogelijk uit hun geschiedschrijving en van hun monumenten weren. Toch gaat ook hier de uitspraak van de filosoof George Santayana op: „Wie de geschiedenis niet kent, is gedoemd ze te herhalen.” Ongetwijfeld zal Clodfelter in Vietnam vergelijkbare taferelen als het Huertgenwald zijn tegengekomen. Met –helaas– vergelijkbare gevolgen.
Wat is er te zien?
Schmidt ligt hemelsbreed nog geen 40 kilometer bij Vaals vandaan en op de rand van het Duitse Nationale Park Eifel. Wie er enige dagen tussenuit wil, kan in het natuurgebied een overnachtingsplek zoeken en dan één dag besteden aan het bezoeken van bezienswaardigheden rond de slag om het Huertgenwald. Een paar aanraders:
- Museum Hürtgenwald 1944 und im Frieden, Pfarrer-Dickmann-Str. 21-23. Vanwege een gebrek aan vrijwilligers helaas alleen op zondag geopend. Wie op de bonnefooi langsgaat, kan geluk hebben dat er net iemand aanwezig is. Beter is het om via e-mail (fuehrung-huertgenwald@web.de) een afspraak te maken. Eigenaar Lothar Greven, gekleed in wat meer eigentijdse Duitse legerkleren, geeft graag een rondleiding. Veel van het getoonde oorlogsmateriaal heeft hij eigenhandig met zijn metaaldetector opgespoord. „Een beetje gevaarlijk was het wel”, glimlacht hij.
Het gaat in het museum niet alleen om de soldaten, maar ook om de burgers. Greven laat een opstelling met brandweerpompen en brandweermannen zien. „Tot ver na de oorlog ontstonden er bosbranden in het bos vanwege zelfontbrandende fosforgranaten. Het bestrijden van die branden was levensgevaarlijk omdat er overal munitie en mijnen lagen. Toch is er slechts één vrijwillige brandweerman omgekomen.”
Het museum heeft een Duitse en een Amerikaanse afdeling.
- De Kalltrail met een veelbevochten brug over het riviertje de Kall. Het is goed bereikbaar vanaf restaurant Mestrenger Mühle tussen Vossenack en Schmidt. Op de brug is een eenvoudig gedenkteken geplaatst voor de Duitse legerarts dr. Stüttgen. De Amerikaanse infanterie was de brug overgestoken richting Schmidt, maar was op een gegeven moment geheel omsingeld door de Duitsers. Stüttgen wist een aantal gevechtspauzes in te lassen, waardoor gewonde Amerikanen door Duitse artsen en verpleegkundigen konden worden teruggebracht naar eigen linies.
De Kalltrail is alleen wandelend begaanbaar, zo smal is het pad. Na enige honderden meters ligt er op het pad een rupsband van een tank uit de oorlog. Tanks liepen hopeloos vast op dit smalle pad met uitstekende rotspunten.
Duitse militaire begraafplaatsen in Vossenack, Hürtgen en bij de abdij Mariawald. Dat de oorlog in deze streek nog er gevoelig ligt, blijkt wel op een informatiebord bij de begraafplaats in Vossenack. Daar gaat het op een gegeven moment over „de Wehrmacht als een orgaan van het criminele regime.” Met watervaste stift is er echter bij gekalkt: „Mein vater war kein verbrecher!”, mijn vader was geen crimineel! De verstilde, grauwe kruizen laten zien dat ook aan de Duitse kant de verliezen verschrikkelijk waren.
Amerikaanse militaire begraafplaatsen in Henri-Chapelle en Margraten. Hier liggen een relatief klein deel van de Amerikaanse gesneuvelden begraven, de meesten zijn in Amerika herbegraven. Het Reformatorisch Dagblad organiseert een tweedaagse abonneereis naar de Eifel op 4 en 5 oktober met een bezoek aan de begraafplaats in Henri-Chapelle. Voor meer informatie kijk op rd.nl/abonneevoordeel onder abonneedagen.
Waarom?
Waarom wilden de Amerikanen het Huertgenwald koste wat het kost veroveren? En waarom verdedigden de Duitsers zich zo hardnekkig?
De Amerikanen:
wilden over een breed, aaneengesloten front optrekken en duldden geen wig in hun front in de vorm van een bos dat wemelt van de Duitsers.
waren bang dat de Duitsers de dammen in de rivier de Roer zouden opblazen zodat het Roerdal onder water kwam te staan. Dat zou de geallieerde opmars behoorlijk tegenhouden. Het dorp Schmidt was de toegang tot de Schwammenaueldam in de Roer.
De Duitsers:
waren verdreven uit Frankrijk en België maar werden nu aangevallen in hun eigen land. Dat maakte hen gevaarlijker dan ooit.
hadden al plannen voor het Ardennenoffensief. Het Huertgenwald was een perfecte uitvalsbasis en moest behouden worden.