Atlas moet nu ook Italië dragen
Italiaanse banken zijn in de gevarenzone. Zonder overheidshulp kunnen particuliere beleggers hun hele hebben en houden verliezen. Dat kan zijn invloed hebben op de hele EU.
De bank Monte di Paschi di Siena, kortweg MPS, is de drijvende kracht achter Siena, de hoofdstad van wijngebied Chianti. De inwoners zijn trots op hun bank, opgericht in 1471 en daarmee de oudste nog bestaande bank ter wereld. MPS was lang de belangrijke sponsor van allerlei culturele en sociale activiteiten in Siena.
Deze rol van deze mecenas is echter voorbij. De waarde van het aandeel MPS ging in vijftien jaar tijd van 83 euro naar 26 cent. De paniek is in Siena voelbaar. In het dagblad La Repubblica vertelde een gepensioneerde timmerman donderdag dat hij duizenden euro’s verloor in aandelen MPS, zíjn bank. In Italië is het gebruikelijk dat klanten aandelen bezitten in de bank waar ze hun zaken laten regelen.
MPS is voor Italiaanse begrippen een van ’s lands grootste banken, maar in Europees verband een middelgrote speler. De bank is vooral op Italië geconcentreerd. Dat is typisch voor de Italiaanse bank: klein, lokaal georiënteerd en met groot netwerk aan filialen. In Italië zijn er per 100.000 inwoners gemiddeld 55 bankfilialen. In Nederland zijn dat er 16.
Italië heeft slechts één bank die in grootte en actieradius kan worden aangeduid als internationale speler: UniCredit. Ook die bank verkeert echter in zwaar weer. Maar het onweer hangt momenteel vooral boven Siena. Een specifiek Italiaans probleem is dat het zeer moeilijk is voor banken om slechte leningen terug te halen, omdat het rechtssysteem zeer langzaam werkt. Een gemiddelde rechtszaak duurt acht jaar.
MPS is niet alleen belangrijk voor Siena en voor Italië, maar mogelijk ook voor Europa. De bank zucht onder een last van slechte leningen. Had de bank eind vorig jaar nog voor 24,2 miljard euro aan kredieten uitstaan die waarschijnlijk niet kunnen worden afgelost, door de brexit is de druk op de markt toegenomen, en vallen de Italiaanse banken met hun loodzware leningen als eerste door de mand. Hoe de stand van zaken bij MPS precies is, komt uit op 29 juli tijdens een zogenaamde stresstest. Bij de stresstest van vijf jaar geleden haalde de bank maar net de meet. De bank is al jaren noodlijdend en werd de afgelopen jaren al twee keer met een kapitaalinjectie op de been geholpen.
En dat wil de Italiaanse regering opnieuw doen. Het plan dat wordt overwogen is het opkopen van converteerbare obligaties door de overheid en een kapitaalinjectie van 3 miljard euro. De steun moet komen uit het staatsfonds Atlante. „Het nadeel van het inzetten van Atlante is dat het fonds dit jaar al twee banken heeft ondersteund met in totaal 2,5 miljard euro”, meent Ferdinando Giugliano, financieel journalist van La Repubblica. Er zit nog maar 1,7 miljard euro in de pot. Volgens Italiaanse media zou er extra vijf tot zes miljard euro worden ingepompt. Maar het risico bestaat dat Atlante, ofwel Atlas –de man die in de Griekse mythologie de wereld draagt– wordt verpletterd.
Eurogroepvoorzitter Dijsselbloem voelt hoe dan ook niets voor een reddingsoperatie. Hij verklaarde donderdag dat Italië moet zich moet houden aan de Europese spelregels en vindt het niet in de haak dat de nieuwe regels worden ontweken of tijdelijk aan de kant worden gezet. Op de woorden van Dijsselbloem reageerde de beurs van Milaan onmiddellijk negatief. De dag werd afgesloten met een nieuw verlies voor MPS (2,7 procent). In totaal heeft de bank sinds het begin van dit jaar al 77 procent van zijn waarde ingeleverd. Ook andere banken, waaronder de Banco Popolare, Carige en Intesa, zijn in problemen.
De weerstand tegen „de valk Dijsselbloem”, zoals hij donderdag werd genoemd, is groot. „Tussen 2008 en 2014 heeft de EU toegestaan dat overheden de banken voor 5000 miljard euro op de been hield. In Italië werd toen maar acht miljard geïnjecteerd”, schreef Milano Finanza, een financieel dagblad, donderdag verontwaardigd. Geef ons nu dan ook lucht, lijkt de krant te zeggen.
Rome is bang dat de nieuwe Europese regel waarbij aandeelhouders het verlies moeten dragen (”bail-in”) de Italiaanse economie keihard zal treffen. Niet minder dan 187 miljard euro aan aandelen in banken worden door particuliere beleggers gedragen. Die zouden dan zo goed als alles in één klap kwijtraken. Vorig jaar werden zo’n 100.000 particuliere beleggers al getroffen toen vier kleine Italiaanse banken werden geliquideerd. Een gepensioneerde man die ruim een ton verloor, pleegde zelfmoord, wat een groot effect had op de publieke opinie. De werkgeversorganisatie stelde deze week de prognose van economische groei naar beneden bij. En het consumentenvertrouwen zal ongetwijfeld een knak krijgen.