Catechisatiemethode Helpende Handen: Niet de begrippen, wel de zaken
De vereniging Helpende Handen heeft met een uitgave van catechisatielessen over de ambten, de doop en het avondmaal haar methode voor aangepaste catechisatie afgerond.
Het eerste deel van deze nieuwe methode verscheen in 2013. Daarvoor was er een andere, verouderde, zegt B. J. Regterschot van Helpende Handen (vereniging langdurige zorg van de Gereformeerde Gemeenten). „We merkten dat er praktische behoefte bestond aan eigentijds materiaal waarin de geloofsleer wordt behandeld voor mensen met een verstandelijke beperking. In de methode worden de drie g’s behandeld: gebed, geloof en gebod. Vanuit die drie g’s kun je de meest wezenlijke zaken behandelen.”
Volgens Regterschot is er vooral gezocht naar differentiatie voor de verschillende niveaus. „We hebben de catecheet keuzemogelijkheden willen bieden. Hij krijgt handvatten aangereikt om aan te sluiten bij het niveau van de catechisant.”
Pictogrammen
Een catechisatieles heeft de volgende onderdelen: psalm zingen, bidden, Bijbellezen, uitleg geven, Bijbelverhaal vertellen, vragen leren en overhoren. Deze terugkerende elementen zijn in de lessen verwerkt. Op de voorkant van de les staat een kleurplaat. Voor catechisanten die kunnen schrijven is er ruimte om aantekeningen te maken. Verder wordt er veel gebruikgemaakt van pictogrammen die duidelijk maken wat er in de lesstof wordt bedoeld.
Regterschot merkt dat de lessen de afgelopen jaren positief zijn ontvangen sinds in 2013 het eerste deel werd gepresenteerd. „De methode wordt ook in andere kerken en in het speciaal onderwijs gebruikt.”
Hoe ingewikkeld is het overbrengen van de geloofsleer aan deze doelgroep, juist vanwege de verstandelijke beperking?
„Ouders hebben bij de doop de belofte afgelegd naar vermogen te onderwijzen, maar uiteindelijk kan alleen de Heilige Geest leren wat mensen niet kunnen leren. Elke catecheet weet dat wat hij doen kan, eindig is. Tegelijk weet elke catecheet de voorbeelden te noemen van catechisanten die in kinderlijk eenvoudige taal de meest wezenlijke zaken vertellen.”
Hoe wordt er in de methode omgegaan met begrippen zoals verkiezing en verbond, essentieel in de geloofsleer?
„Een begrip zoals verbond wordt alleen in de doorleervragen een enkele keer genoemd, bijvoorbeeld bij de geschiedenis van de wetgeving op de Sinaï en bij de doop. We beseffen dat het ook in deze aangepaste catechisatie gaat om de geloofsleer. Maar begrippen als rechtvaardiging, heiliging, innerlijke en uiterlijke roeping worden niet met name genoemd.
Wél de zaken waar het om gaat. Bijvoorbeeld de vragen: Wat bidden we over onze schuld? Vergeef ons onze schulden. Wat betekent dit? Wilt u onze zonden vergeven om Jezus’ wil? Kan dat zomaar? Nee, er moet iemand betalen. Wie kan er voor ons betalen? Dat kan alleen de Heere Jezus.”