Geroosterde groente
Roosteren haalt, zo las ik ergens, het beste in groente naar boven. Daar zit wel wat in. En het geldt voor allerlei groentesoorten. Pompoen, wortel en zoete aardappel smaken een stuk interessanter als ze in de oven zijn gegaard. Dat zal te maken hebben met het feit dat ze door de hitte een deel van hun vocht verliezen. Vlak verder het effect van de fraaie geschroeide randjes die in de oven na verloop van tijd ontstaan niet uit. ”Maillardreactie” heet de smaakverandering van voedsel door bruining officieel. De barbecue ontleent hieraan eveneens een deel van zijn charmes.
Ook zomerse vruchtgroenten als aubergine en courgette lenen zich er goed voor om in de oven te worden geroosterd. Van zichzelf zijn ze tamelijk flauw van smaak en slap van structuur. Als je ze verwerkt in een pan op het vuur loop je de kans dat ze helemaal uit elkaar vallen en veranderen in een ondefinieerbare massa. Te veel geroerd, te gaar. In de oven heb je dat probleem niet. De stukjes blijven mooi stevig. En de smaak wordt er veel intenser door. Paprika en ui combineren er goed mee, laurierblad en tijm zorgen voor een kruidig accent.
Groente roosteren is weinig werk. En het gaat er in de keuken heerlijk van ruiken. Je kunt de groente in nette gelijkvormige blokjes snijden. Maar van mij mag het er wel een beetje robuust uitzien. Zodat je aan tafel nog herkent wat je voor je hebt.
De paprika’s in repen, dus, en de uien in halve maantjes (eerst van boven naar beneden halveren, en daarna in plakken snijden). Aubergine en courgette eerst in de lengte in kwarten verdelen. En die dan weer in plakken snijden.
Hoelang een en ander in de oven moet staan, is een beetje een kwestie van uitproberen. Grofgesneden groente heeft uiteraard meer tijd nodig dan kleine blokjes. Uitgaande van flinke stukken zal de oventijd richting de drie kwartier gaan. Courgette is veel sneller gaar dan paprika en aubergine. Om dat te ondervangen, wordt deze groente in het recept later toegevoegd. De tomaten zijn facultatief: ze zorgen voor een sausig effect, maar kunnen ook worden weggelaten.
Geroosterde groente
Ingrediënten (voor twee bakplaten vol)
2 uien
3 paprika’s
2 aubergines
2 courgettes
2 tomaten
2 laurierblaadjes
1 tl tijm
2 eetlepels olie
peper en zout
Bereiding
Verwarm de oven voor op ongeveer 210 graden Celsius (heteluchtoven: 190 graden Celsius). Vet twee bakplaten licht in.
Pel de uien, snijd ze in stukken. Was de andere groente, verwijder ongewenste steeltjes en –bij de paprika’s– de zaadlijsten. Snijd alles in grove stukken. Houd de tomaten en de courgette apart. Verdeel de rest over de twee bakplaten. Strooi de tijm erover en voeg de laurierblaadjes toe. Giet de olie eroverheen en hussel alles goed, zodat alle groentestukjes glimmen van de olie.
Schuif de bakplaten in de oven. Voeg na 15 tot 20 minuten de courgette toe, schep de groente voorzichtig om. Doe na nog eens 10 minuten de tomaten erbij. Check na een totale oventijd van 35 tot 40 minuten of de groenten gaar zijn. Breng op smaak met peper en zout.
Eet de geroosterde groente bijvoorbeeld met pasta, couscous of stokbrood. Zachte geitenkaas combineert er goed mee. Gebraden kip ook. Blijft er wat over, dan smaakt het restje de volgende dag koud ook prima.