Arjan Erkel terug uit „nachtmerrie”
Na twintig maanden ontvoering in Dagestan kwam Arjan Erkel maandag weer thuis. Over zijn ervaringen praat hij vooreerst liever nog niet. „Voor jullie is het nieuws, maar voor mij was het een slechte ervaring.”
De nu 34-jarige Erkel leidde de Zwitserse AzG-missie in Dagestan. Op maandagavond 12 augustus 2002 werd hij door onbekenden ontvoerd in de Kaukasusrepubliek, die aan het rumoerige Tsjetsjenië grenst. De Nederlander hield zich voornamelijk bezig met de opvang van Tsjetsjeense vluchtelingen. Zondagavond om 23.00 uur kwam hij op Rotterdam Airport aan.
Tijdens een persconferentie in het Zeeuws-Vlaamse Westdorpe, de woonplaats van zijn ouders, ontweek hij maandagmiddag vragen naar zijn wedervaren tijdens de ontvoering. „Voor jullie is het nieuws, maar voor mij was het een slechte ervaring.” Hij zegt dat zijn gijzelnemers hem redelijk goed hebben behandeld. De medewerker van Artsen zonder Grenzen veranderde vijf keer van verblijfplaats en zat zestien maanden zonder elektriciteit. Hij deed zijn ontlasting in een emmertje en kwam bijna niet buiten.
Erkel was tijdens zijn ontvoering altijd alleen. Hij werd eerst vastgehouden in een kamer, later in kelders. Hij kreeg twee keer per dag te eten en kon genoeg water en thee drinken. In het begin sleet hij zijn dagen door heen en weer te lopen en naar het plafond te staren. „Het was belangrijk om te overleven, dus hield ik me rustig.” Later kreeg hij meer contact met zijn „cipiers.” De bewakers gaven hem soms boekjes en stelden hem op de hoogte van het nieuws in de wereld. Zo wist hij bijvoorbeeld van de oorlog in Irak, maar over zijn eigen situatie zeiden ze niets.
Toen Erkel vertelde dat hij zijn cipiers eens vroeg of ze hem, als hij zou moeten sterven, met een enkele kogel in zijn voorhoofd wilden doden, gebaarde zijn vader dat hij beter niet verder kon gaan.
Pas op het allerlaatste moment wist Erkel dat hij vrij zou komen. „Ik was in de veronderstelling dat ik weer verhuisd zou worden.”
Erkel ontmoette zijn vader zondagmiddag in Moskou. De Nederlandse regering stelde een vliegtuig van de Koninklijke Luchtmacht beschikbaar waarmee hij zijn zoon kon gaan halen. Arjan kuste na de landing in Rotterdam allereerst de grond, zoals hij in Moskou al had aangekondigd. Hij werd met applaus verwelkomd door zijn moeder, enkele bekenden en minister Bot van Buitenlandse Zaken.
Zondagmiddag verklaarde Erkel voor de ambassade van Nederland in Moskou dat hij zich gezond voelt, maar wel 18 kilo lichter is. „Ik voel me fantastisch. Ik dank de Heer dat hij me weer tot leven heeft gebracht”, zei een bebaarde en vermoeide Erkel.
Over de omstandigheden die hebben geleid tot Erkels bevrijding bestaat nog veel onduidelijkheid. Plaatselijke autoriteiten hebben gezegd dat Erkel rond 3.00 uur zondagmorgen (plaatselijke tijd) is bevrijd tijdens een actie van de federale veiligheidsdienst FSB en het Dagestaanse ministerie van Binnenlandse Zaken.
Erkel bedankte de Russische organisatie Veteranen van de Buitenlandse Inlichtingen, die kennelijk een belangrijke rol heeft gespeeld bij het opsporen van Erkel. Ex-schaatsbondscoach H. Gemser uit het Friese Oudehaske schakelde deze organisatie in via zijn contacten in de Russische schaatswereld. Valentin Velichko, voorzitter van de veteranen, zei dat er geen losgeld voor Erkel is betaald. Minister Bot van Buitenlandse Zaken wilde daarover geen uitspraak doen.
De bewindsman verklaarde dat hij onderhandelaars vrijdag toestemming heeft gegeven om de acties te starten die geleid hebben tot Erkels vrijlating. Bot en Velichko gaven allebei aan dat andere gegijzelden in Dagestan in ernstig gevaar zouden kunnen komen als ze meer zouden vertellen over de toedracht van de bevrijdingsoperatie. Velichko zei wel dat Erkel was ontvoerd door „een gemengde groep bandieten”, en voegde daaraan toe dat „bandieten geen nationaliteit bezitten.”
Op voorstel van SGP’er Belder drong het Europees Parlement in februari aan op blijvende politieke druk van de Europese instanties op de Russische autoriteiten om meer moeite te doen voor de vrijlating van Erkel. Minister Bot bedankte de Russische en andere regeringen en internationale organisaties voor hun medewerking. Hij zei precies te weten wie er achter de gijzeling zit. Erkel sprak zijn dank uit aan de Nederlandse ambassade in Rusland en de media dat zij niet zijn opgehouden aandacht aan hem te besteden.
Erkel bedankte Artsen zonder Grenzen ervoor dat de organisatie hem „uit die nachtmerrie” heeft gehaald. Minister Bot zei echter niet erg gecharmeerd te zijn van de manier waarop AzG zich de laatste weken met de zaak heeft bemoeid. Op 9 maart besloot de organisatie het stilzwijgen te doorbreken, volgens voorzitter Bradol omdat AzG uiterst ongerust was over „het overleven van Arjan.” Erkel kampte met een longinfectie en was bedreigd met executie, aldus AzG.
De familie Erkel maakte zich echter ongerust over de publiciteit die de organisatie zocht. De vader van Arjan zei „onthutst” te zijn over de werkwijze van AzG. Het ministerie vond dat AzG met haar mediacampagne dwars door de porseleinkast van de stille diplomatie heen liep. Het departement drong met klem aan op het staken van de campagne. De onvrede had onder andere te maken met de kritiek die AzG uitte op de Russische autoriteiten. Die zouden volledig hebben gefaald bij de opsporing van Erkel. Dergelijke uitspraken werken echter eerder contraproductief, aldus het ministerie.
De „luidruchtige diplomatie” heeft niet gewerkt, zei minister Bot zondag. Artsen zonder Grenzen pareerde de kritiek. „Als werkgever van Arjan moesten wij een strategie kiezen. Je kunt achteraf pas bepalen of dat de juiste is geweest”, zei operationeel directeur M. Hofman. Het bericht van de vrijlating kwam als een donderslag bij heldere hemel, zei Hofman. Hij wilde niet reageren op de vraag of AzG betrokken is geweest bij de vrijlating van Erkel. „Wij hadden een crisisteam dat zich bezighield met Arjan. Details over de vrijlating zullen later deze week bekend worden gemaakt; ik kan daar nu niets over zeggen.”
De opluchting over de bevrijding op eerste paasdag was niet alleen groot bij Erkel, zijn familie en zijn werkgever. Koningin Beatrix, premier Balkenende en EU-voorzitter Ierland reageerden ook zeer verheugd. Het moderamen van de SoW-kerken heeft Arjan Erkel maandag een brief gestuurd waarin het zijn vreugde en dankbaarheid uit.