„Dood Nur Hassan, dat is je plicht’’
Sinds zes jaar zit Nur Hassan ondergedoken in de Keniaanse hoofdstad Nairobi. Hij vreest voor zijn leven. Hassan is een ex-moslim en afkomstig uit Somalië. Er is een foto van hem online gezet met daarbij de oproep dat iedere moslim de opdracht heeft om hem te vermoorden. „De dader zal met een plek in de hemel worden beloond.”
Rustig, zelfs wat afstandelijk, vertelt Hassan over de bedreigingen tijdens een ontmoeting op een geheime locatie in de Keniaanse hoofdstad Nairobi, waar hij als een ‘gevangene’ zijn dagen doorbrengt. „Ik vind het moeilijk, maar raak er niet door van slag. Ik weet wat deze mensen geloven. Vaak zeg ik tegen God: Vergeeft U hen alstublieft.”
Hassan klapt zijn laptop open en laat zijn Facebookpagina zien. Hij heeft zo’n 450 vrienden, hoofdzakelijk Somalische moslims. „Even kijken, vandaag weer 28 nieuwe vriendschapsverzoeken. De meeste daarvan accepteer ik. Het zijn moslims die oprecht geïnteresseerd zijn. Ze vragen zich af wat mij ertoe bewogen heeft om me tot het christendom te bekeren. Ik vertel hun over de liefde van Jezus. Moslimextremisten vinden dat bedreigend en zijn bang dat alle Somaliërs in Jezus gaan geloven”, vertelt Hassan met een glimlach.
Nieuwsgierig
Nur Hassan groeit op in de Somalische hoofdstad Mogadishu en krijgt met de paplepel ingegoten dat er voor niet-moslims geen genade is. „Ik zei eens tegen mijn Koranleraar dat ik het moeilijk vond om mensen te doden. Hij antwoordde: „Waarom? De profeet Mohammed heeft heel veel christenen en Joden vermoord. Je moet hem daarin volgen. Je wordt verleid door satan.””
Via internet krijgt Hassan chatcontact met christenen. „Ik werd nieuwsgierig door de verhalen waarin mij verteld werd dat christenen slecht zijn. Toen ik digitaal met christenen in gesprek raakte, was ik erg verbaasd. Ik vond het vriendelijke mensen. Dat correspondeerde niet met mijn beeld. De christenen schreven dat ze van moslims hielden. Daar snapte ik niets van. Ik zei: „Wat is er mis met jullie? Als moslims haten we christenen, hoe kun je van ons houden?””
Hassan krijgt via het chatten contact met een christelijke vrouw in Canada. Ze stuurt hem de vier Evangeliebeschrijvingen uit het Nieuwe Testament. Met grote regelmaat luistert Hassan naar programma’s via het christelijke radiostation Voice of New Life. Via de redactie krijgt hij een complete Bijbel toegestuurd in de Somalische taal. „Ik heb de Bijbel diverse keren doorgelezen, en dat veranderde mij. In het begin was ik half moslim, half christen. Ik twijfelde en bad tot Allah: „Openbaart u zich aan mij. Ik wil geen christen worden, want mijn hele familie en volk zijn moslim. Als ik christen word, zullen ze mij verstoten. Allah beantwoordde mijn gebeden niet. Mij was ook altijd geleerd dat je niet kunt wachten tot Allah je gebeden verhoort, want hij is te hoog en te groot.”
Grap
In de Bijbel leest Hassan over Jezus, Die zegt: Bid en u zal gegeven worden. „Ik bad daarom: „Jezus, als U de ware God en Zaligmaker bent, laat me zien dat U echt bestaat.” Een maand lang heb ik tevergeefs tot Allah gebeden. Toen ik voor het eerst tot Jezus bad en om een teken vroeg, ontving ik een droom. In die droom liep ik rond in een moskee. Naast die moskee stond een kerk. Ik zag mezelf de moskee uit lopen en de kerk binnenwandelen. Ik zag het als een teken van God, maar wilde er zeker van zijn dat ik mezelf niets inbeeldde. De volgende nacht ontving ik precies dezelfde droom. Drie keer kreeg ik dezelfde droom. Toen besloot ik Jezus te volgen en werd ik een nieuw mens.”
Aanvankelijk besluit Hassan zijn bekering tot het christendom voor zichzelf te houden, maar hij vindt dit moeilijk. „Het lukte me gewoon niet om het te verbergen. Toen ik mijn familie vertelde over mijn bekering, was de eerste reactie: „Ben je gek geworden?” Anderen dachten dat ik een grap maakte. Mijn vader reageerde er goed op en zei: „Mij maakt het niet uit of je christen of moslim bent, maar kijk wel goed uit voor de mensen hier.” Mijn vrouw heeft mijn beslissing uiteindelijk niet kunnen accepteren en is van me gescheiden.”
Om niet te veel in problemen te komen, houdt Hassan buiten zijn familie zijn christen-zijn zo veel mogelijk verborgen. „Het werd uiteraard toch bekend. Ik kreeg met steeds meer verzet te maken. Ik werkte op de financiële afdeling van een telecommunicatiebedrijf in de hoofdstad Mogadishu. De eigenaar was fanatiek moslim. Als je vijftien jaar bij de organisatie werkte, kreeg je als werknemer een bonus van 15.000 dollar. Omdat ik christen was, ontving ik die bonus niet.”
Gescheiden
Na zijn echtscheiding hertrouwt Hassan opnieuw met een moslimvrouw. Samen krijgen ze een dochter. „In Somalië zijn weinig christenen, dus met een christelijke vrouw trouwen is eigenlijk niet mogelijk.” Zijn nieuwe echtgenote accepteert dat haar man christen is, maar blijft zelf moslim. Het gaat bij de jonge christen-Somaliër echter steeds meer knagen dat hij in Somalië niet vrij is om zijn geloof vrijuit te belijden. Hij besluit om naar het overwegend christelijke buurland Kenia te verhuizen. „Mijn vrouw zou later ook komen, met onze dochter. Hier heeft ze uiteindelijk van afgezien. Mijn christen-zijn werd voor haar steeds meer een obstakel, en ook van haar ben ik uiteindelijk gescheiden.”
Hassan verwacht in Kenia in alle openheid van zijn geloof te kunnen getuigen, maar dat blijkt een grote vergissing. „Er wonen veel Somaliërs in Kenia. Die begonnen me al snel lastig te vallen. Ik ontving dreigtelefoontjes waarin gezegd werd: „We weten wie je bent en gaan je vermoorden.” Na een jaar duikt Hassan onder. „De plek waar ik nu ben, kan ik niet verlaten. Ik voel me een gevangene, maar gelukkig kan ik via sociale media met veel mensen communiceren. Het grootste deel van mijn tijd ben ik bezig om van Jezus te getuigen via sociale media. Ik zie dat daardoor veel Somaliërs tot geloof komen.”
Vermoorden
Hassan scrolt met zijn computermuis over zijn Facebooktijdlijn: „Dit bericht heb ik vorige week gepost. Het gaat over een al-Shabaabstrijder die is opgehangen. Ik heb de woorden geschreven van Jezus uit Mattheüs 7:12: „Alle dingen dan die gij wilt dat u de mensen zouden doen, doet gij hun ook alzo.” Ik wil daarmee aangeven dat we genade nodig hebben. Ik krijg reacties als: „Waarom neem je het als christen op voor een al-Shabaabstrijder?” Ik leg dan uit dat dit de woorden van Jezus Christus zijn. Door wat ik schrijf, krijgen moslims een ander beeld van het christelijk geloof en van Jezus.”
Doordat veel moslims via Hassan Jezus leren kennen, nemen de bedreigingen toe, met name via Facebook. ,Onlangs is er een video online geplaatst, waarin gezegd wordt: „Dood Nur Hassan, waar je hem ook maar kunt vinden. Het is je plicht als moslim om dat te doen. Waarom discussiëren jullie met hem via Facebook, alsof het een vriend is? Je moet hem vermoorden.””
Verkering
Sinds enige tijd heeft Nur verkering met een Somalische christenvrouw die in Nederland woont. Hij heeft haar via Facebook leren kennen, maar haar nog nooit in levenden lijve gezien. „Een digitale relatie is niet ideaal, maar het is niet anders in mijn situatie. We hebben veel contact via de telefoon en Skype.”
Tijdens het interview gaat de telefoon. Hassan neemt op. Al snel betrekt zijn gezicht. Hij begint sneller en harder te spreken. Na het telefoongesprek legt hij uit: „Het was mijn oom. Hij vertelde over mijn broer Mohammed. Die heeft op Facebook geschreven dat hij van me houdt. De Somalische overheid heeft hem opgepakt en een maand gevangenisstraf opgelegd. Je mag geen liefde tonen voor een afvallige, ook niet als het je broer is.” Hassan zucht diep en vertelt daarna dat de Facebookpagina van zijn broer na het plaatsen van het bericht is geblokkeerd. Het doet hem zichtbaar pijn.
Koning
Hassan oogt sterkt, maar toch worstelt hij met de situatie waarin hij verkeert. „Ik houd van mijn familie en zij ook van mij. Ze proberen me vaak over te halen om weer terug te keren tot de islam. Pas belde mijn vader en zei: „We bouwen een mooi huis voor je in Mogadishu en je krijgt 100.000 dollar. We zullen je als koning verwelkomen.” Telkens is mijn antwoord: „Ik houd van jullie, maar probeer me niet over te halen om weer moslim te worden. Dat doe ik niet, al kost het me mijn leven.” Ze snappen echt niet dat ik weiger om op zo’n aanlokkelijk aanbod in te gaan en vragen zich af: wat is dit voor geloof?”
Hoewel Hassan een hoge prijs betaalt voor zijn bekering tot het christendom heeft hij geen spijt. „Als mens denk je weleens: Ik ben ver verwijderd van mijn land en familie. Dat is moeilijk. Maar als ik denk aan wat Jezus heeft gedaan, mag ik niet klagen. Als Koning der koningen kwam Hij als een slaaf voor ons naar deze wereld. Hij deed alleen maar goed, en de mensen riepen ten slotte: „Kruisig Hem.” Als ik de problemen in mijn leven vergelijk met de moeiten die Jezus moest doorstaan, dan voel ik me als een koning.”
Na het interview werd bekend dat Nur Hassan binnenkort naar de Verenigde Staten vertrekt, waar hij de status van vluchteling kan krijgen. Richard Groenenboom is als journalist werkzaam bij SDOK (Stichting De Ondergrondse kerk). Hij bezocht Kenia om onderzoek te doen naar de situatie van christenvervolging in het land.
Somalië
Somalië staat al vele jaren in de top tien van landen waar christenen het meest worden vervolgd. In het land is het nauwelijks mogelijk om als christenen samen te komen. Als ontdekt wordt dat iemand christen is, wordt deze persoon in veel gevallen onthoofd. Op het platteland maakt de islamitische terreurorganisatie al-Shabaab jacht op christenen. Voor ex-moslims is de situatie in Somalië een stuk moeilijker vergeleken met die in andere moslimlanden.
Vanwege de burgeroorlog en de bestuurlijke chaos in het strengislamitische land zijn veel Somaliërs de afgelopen decennia naar Kenia gevlucht. Momenteel wonen er zo’n 2,3 miljoen Somaliërs in Kenia – ze maken daar ongeveer 6 procent van de bevolking uit. De afgelopen jaren is de aanhang van al-Shabaab in Kenia gegroeid, niet alleen onder de Somalische minderheid, maar ook onder autochtone Kenianen.
Een van de redenen hiervoor is de hoge werkloosheid in het Afrikaanse land. Dit schept een voedingsboden voor radicaalislamitische organisaties als al-Shabaab. Die beloven werk en veel geld aan onder anderen jongeren in sloppenwijken.
Onder de Somaliërs in Kenia zijn volgens schattingen zo’n 400 christenen. Ze kunnen alleen in kleine groepen bijeenkomen, vanwege doodsbedreigingen vanuit de Somalische gemeenschap. Somalische christenen in Kenia ervaren weinig steun vanuit de Keniaanse kerken. Die zijn erg wantrouwend tegenover Somaliërs vanwege de toegenomen dreiging van al-Shabaab.