Mahdi Leger verrast VS op alle fronten
Opnieuw zijn de Amerikanen voor een verrassing komen te staan in Irak. Totaal onverwachts is een deel van de sjiieten in opstand gekomen. De leden van het Mahdi Leger leveren felle gevechten met de coalitietroepen in verscheidene steden van het land. Het zijn aanhangers van de radicale religieuze leider Muqtada al-Sadr.
Al lang was echter duidelijk dat hij zijn volgelingen op militaire leest organiseert. Vorig jaar augustus stonden buiten de moskeeën in Sadr City, een arm sjiitisch deel van Bagdad, al tientallen mensen ’s avonds in de rij om zich aan te sluiten bij zijn privé-leger. Dit leger zal de Amerikanen, Israëliërs en heidenen verdrijven, aldus een van hen tegen The Daily Telegraph.
Het zijn veel oud-soldaten die zich laten rekruteren. Paul Bremer, de hoogste civiele Amerikaanse bestuurder in Irak, heeft de strijdkrachten ontbonden. Honderdduizenden mensen belandden op straat en bleven werkloos achter. Het zijn jonge mensen, die niet profiteren van de val van de onderdrukker Saddam Hussein.
Het Mahdi Leger hoeft hun niets te geven. De meeste Irakezen hebben een kalasjnikov thuis staan. Bovendien zijn na de verwarrende oorlogsdagen veel wapendepots geplunderd. Vooral licht wapentuig verdween. Dat is nu ook terug te zien bij de leden van het Mahdi Leger. Zij zijn vooral bewapend met machinegeweren, handgranaten en raketgranaten.
Hoeveel militieleden Al-Sadr tot zijn beschikking heeft, is niet bekend. Hij zegt zeker 10.000. Amerikaanse militaire functionarissen houden het op 3000. De afgelopen dagen bleek de geestelijke, die bekendstaat om zijn felle antiamerikanisme, echter over een ongekend potentieel aan medestanders te beschikken.
Inmiddels hebben de in het zwart geklede militieleden de macht overgenomen in Al-Kut en Kufa. Zij bezetten politieposten en overheidsgebouwen. In Sadr City, met 2 miljoen inwoners, vormen ze al sinds vorig jaar de belangrijkste machtsfactor. Hier regelen zij het verkeer, de veiligheid, de rechtspraak en ook de vuilophaaldienst.
De nieuwe Iraakse strijdkrachten, die juist moeten optreden tegen deze opstandelingen, leken tijdens de gevechten als sneeuw voor de zon te verdwijnen. Al-Sadr blijkt ook hier aanhang te hebben. „Wij werken misschien nu voor deze regering, maar als er iets gebeurt, werken we allemaal voor Al-Sadr”, aldus een luitenant van het nieuwe leger in The New York Times.
In die krant zegt de militaire commandant van de geestelijke in Khadamiya, een ander sjiitisch deel van Bagdad, dat de militieleden de afgelopen maanden hard hebben getraind. Volgens hem hebben zij zich het afgelopen jaar bewust rustig gehouden. De bevelhebber zegt dat het Mahdi Leger in Bagdad op wel 50.000 volgelingen kan rekenen.
Al-Sadr probeert extra populariteit te winnen door op het Arabisch nationalisme in te spelen. Solidariteit met de Palestijnen staat bij hem hoog in het vaandel. Hij lijkt daarbij ook de soennieten te willen aanspreken. Volgens The New York Times hebben soennitische opstandelingen en leden van het Mahdi Leger in Bagdad al samen gevochten tegen de Amerikanen.
Het radicalisme van Al-Sadr is aantrekkelijk. Het overgrote deel van zijn aanhangers is jong, arm, werkloos en stedeling, zegt Irak-deskundige Toby Dodge in een interview met de Britse omroep BBC. Zij verkeren in een uitzichtloze situatie en zijn verbitterd. Het niet altijd even subtiel optreden van de Amerikanen gooit olie op het vuur. „De Amerikanen kwamen als bevrijders, maar laten ons nu lijden”, aldus een inwoner van Sadr City.