De Teeven-deal is de afspraak die voormalig staatssecretaris Fred Teeven als officier van justitie maakte met een drugscrimineel. In de politieke nasleep ging van alles mis. Ook de rol van premier Mark Rutte wordt nu aan de kaak gesteld. Rutte lijkt volgens de SP niet te hebben bijgedragen aan het vinden van de waarheid. Ook andere oppositiepartijen willen meer over de rol van de minister-president weten.

De onderzoekscommissie Oosting vond recent geen bewijzen van een doofpotaffaire rond de deal op het ministerie van Veiligheid en Justitie, maar dat kwam ook doordat een belangrijke topambtenaar zich niets meer kon herinneren.

Deze week gaf Van der Steur het concept van een brief vrij, waaruit blijkt dat hij als Kamerlid de toenmalige justitieminister nadrukkelijk had gesouffleerd over de informatievoorziening over de kwestie. Een tweede concept bleek woensdag niet te vinden.

De SP denkt dat de voor de gek wordt gehouden. D66 heeft het over „collectief geheugenverlies alsof er iets in de thee zit”. De ChristenUnie maakt zich ook zorgen over de „digitale vergeetachtigheid” van de overheid en zegt het gevoel dat de zaak niet klopt nooit is overgegaan. Het CDA noemde Van der Steur „portier van het parlement” toen hij meeschreef aan de gewraakte brief. „Hij bepaalde wat ons mocht bereiken.”

De VVD, de partij van Van der Steur, probeerde de scherpe kantjes van het debat af te halen. „Niemand in dit huis is een heilig boontje.” Er zijn gewoon contacten tussen parlement en ministeries, al mogen die nooit zo „expliciet” zijn als destijds dat van Kamerlid Van der Steur.

De andere coalitiepartner PvdA denkt dat het ministerie van Veiligheid en Justitie te groot is. PvdA-Kamerlid Jeroen Recourt was ook zijdelings betrokken bij de brief, maar weet zeker geen grens te hebben overschreden.