Dat is de kern van de boodschap van de slotmanifestatie van de campagne ”Hoop voor de kerk in Syrië en Irak”, die zaterdag in de Syrisch-Orthodoxe Kerk in Amsterdam werd afgesloten. De campagne liep van 1 februari tot 1 juni dit jaar. Zij was het resultaat van samenwerking van de Raad van Kerken, Missie Nederland, Kerk in Actie, Konferentie Nederlandse Religieuzen, Bisschoppelijke Vastenactie, Katholieke Vereniging voor Oecumene, Samen Kerk in Nederland (SKIN) en Open Doors.

De slotviering werd ingeluid met het lied ”Verdoofd en schamper van gemis”. Aartsbisschop Mor Polycarpus Augin Aydin van de Syrisch-Orthodoxe Kerk in Nederland heette de ongeveer 150 aanwezigen welkom. Als één lid lijdt, lijden alle leden mee, zo verwoordde hij de verbondenheid met de kerk in het Midden-Oosten.

In zijn preek verwees hij naar de voorzegging van Jezus tot Zijn discipelen, namelijk dat zij gehaat zouden worden door de wereld. Toch bleven zij verkondigers van het Evangelie. „De situatie in het Midden-Oosten is zodanig dat de christelijke kerk na 2000 jaar dreigt te verdwijnen, een kerk die grote invloed heeft gehad op de cultuur. Geloven in tijd van voorspoed is niet moeilijk, maar het wordt wel zwaar op de proef gesteld in tijden van crisis. De discipelen dachten dat zij door Jezus verlaten waren, maar Jezus verliet hén niet. Laat je niet ontroeren, zo was Zijn boodschap. God houdt Zijn controle over de schepping.”

Leo van Leijsen van de Katholieke Vereniging van Oecumene en medeorganisator van de viering, vroeg zich namens de gelovigen in Syrië en Irak af: waarom laat God dit alles toe? Hij riep op om als kerken in een biddende houding rond de broeders en zusters in Syrië en Irak te staan, „een biddende houding die reikt tot aan hoop”.

Dr. Arjan Plaisier, scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, sprak een gebed van verootmoediging uit waarna Psalm 28 werd gezongen. De Syrisch-katholieke priester Noël Mosa Alcastoma zong vervolgens Johannes 17: 11 tot 19 in het Arabisch, waarna Anmar Hayali van SKIN dit Evangelie in het Nederlands las.

Voorbede

Jan Wessels (directeur van Missie Nederland) deed de voorbede voor de beide landen die verscheurd worden door oorlog en terreur. Hij sprak de hoop uit voor vrede en rechtvaardigheid voor iedereen, van welke godsdienst of etnische groep ze ook zijn. Ook gedacht hij aan de vluchtelingen binnen en buiten Syrië en Irak, „christenen en moslims, dat ze veiligheid, onderdak, voedsel en een nieuwe toekomst mogen ontvangen”.

Medewerking verleende een Syrisch-orthodox koor uit Amsterdam onder leiding van Habib Arik. Jan Willem van Delft voerde het pianospel ”Only hope” op onder vertoning van beelden van christenen in het Midden-Oosten. Het Onze Vader werd in het Aramees gezongen, waarna tenslotte het slotlied ”Geef vrede, Heer” gezongen werd.

Onderdeel van de campagne was ook een peiling, die dankzij de inspanningen van Kerk in Actie kon worden uitgevoerd. Daaruit kwam naar voren, dat zo’n 70 procent van de christenen geïnformeerd is over de problemen in Syrië en Irak en dat 50 procent ook in de gaten heeft dat de continuïteit van de kerk aan de orde is. De deelnemende organisaties werken nu nog aan een politiek schrijven om één en ander een verdere politieke vertaalslag te geven.

De bijeenkomst in Amsterdam sluit weliswaar de campagne af, maar het interreligieuze platform in Utrecht heeft al laten weten dat men een actie voortzet om geld in te zamelen. Onder de noemer ”Adopteer een student” zamelt men geld in voor studenten die in het Iraakse Kirkuk hun opleiding vervolgen. Bisschop Mirkis, aartsbisschop van Kirkuk, faciliteert de studentengemeenschap en is contactpunt van de actievoerders in Nederland.