Hulpverlener bekommerde zich niet om het kind
HOOGEVEEN (ANP). Hulpverleners en betrokken organisaties hebben onvoldoende aandacht gegeven aan het achtjarige meisje dat vorig jaar om het leven kwam na een val van een flat in Hoogeveen. De veiligheidsrisico’s werden onvoldoende in beeld gebracht, terwijl informatie onvoldoende werd gedeeld. Dat concluderen de Inspectie Jeugdzorg, de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de Inspectie Veiligheid en Justitie in een onderzoek naar de dood van het meisje.
De zorgmedewerkers hebben wel volgens de geldende protocollen gewerkt. „Doordat hulpverleners hun focus vooral op de ouders richtten, is er onvoldoende aandacht geweest voor het kind. Ook bij latere zorgmeldingen werd niet onderzocht wat dit betekende voor de veiligheid en de gezonde ontwikkeling van het kind”, concluderen de onderzoekers.
Sharleyne uit Hoogeveen werd een jaar geleden dood gevonden onderaan een flat. Drie jaar daarvoor waren er al meldingen bij hulpverleners en politie dat zij werd verwaarloosd. Het meisje woonde met haar moeder op de tiende verdieping. Moeder werd een tijdje verdacht, maar justitie besloot uiteindelijk om haar niet te vervolgen, omdat het niet duidelijk werd hoe het meisje was gevallen.
Het Centrum voor Jeugd en Gezin, Veilig Thuis Drenthe, de Jeugdgezondheidszorg, Verslavingszorg Noord Nederland, de huisarts, de politie, de basisschool en Stichting Welzijnswerk waren betrokken bij de hulpverlening.
De vader van het kind stelt het Centrum voor Jeugd en Gezin aansprakelijk omdat de jeugdzorgers nalatig zijn geweest, zo werd eerder bekend. „Er waren signalen dat Sharleyne werd verwaarloosd, dat haar moeder suïcidaal was, dat ze haar kind dagen achter elkaar alleen liet, er was een ernstige verdenking van seksueel geweld. Buren hebben gemeld dat ze het meisje midden in de nacht om hulp hoorden schreeuwen. En desondanks heeft jeugdzorg ruim drie jaar lang niets gedaan”, zei zijn advocate Liesbeth Poortman in februari.