Kamermeerderheid na afzwakking voor prostitutiewet
DEN HAAG. Een nipte meerderheid van de Tweede Kamer steunt een initiatiefwet om prostituanten strafbaar te stellen die wisten of ernstig konden vermoeden dat ze gebruik maakten van de diensten van een slachtoffer van mensenhandel of uitbuiting.
De wet is een initiatief van ChristenUnie-Kamerlid Segers en mede ingediend namens de PvdA en de SP.
Klanten van prostituees worden door de wet medeverantwoordelijk voor misstanden in de seksbranche. Als zij signalen van uitbuiting bewust negeren of onvoldoende tot zich laten doordringen en de betreffende prostituee toch voor zich laten werken, kunnen zij voortaan strafrechtelijk worden vervolgd.
CU, PvdA en SP stelden aanvankelijk voor om vervolging ook mogelijk te maken voor prostituanten die het misbruik „redelijkerwijs” hadden kunnen vermoeden. Voor die variant bleek echter geen Kamermeerderheid. Door de grens te verhogen van een redelijk naar een ernstig vermoeden verwierven de initiatiefnemers ook de steun van GroenLinks. CDA en SGP beschouwen de afzwakking als een verslechtering, maar zeiden woensdagavond wel achter de wet te blijven staan.
De door GroenLinks afgedwongen afzwakking gaat VVD en D66 nog niet ver genoeg, zo bleek woensdag. Deze twee partijen vrezen dat het wetsvoorstel ook prostituanten afschrikt die naar een legaal werkende prostituee willen gaan, en vinden dat onwenselijk. Ook het kabinet is van mening dat de strafbaarstelling beperkt moet blijven tot prostituanten die weet hadden van misstanden, maar laat het oordeel over de uiteindelijke wettekst aan de Tweede Kamer, zo zei justitieminister Van der Steur.
PvdA-indienster Volp legde aan de hand van een concreet voorbeeld uit waarom volgens de drie indieners ook prostituanten met een zwaar vermoeden van schuld strafbaar zouden moeten zijn. Zij citeerde daartoe uit een reeks recensies van prostituanten die alle betrekking hadden op een prostituee die zich moest afbeulen voor haar pooier. De prostituanten vroegen zich af hoe ze de werkomgeving van de vrouw zouden kunnen verbeteren. Één van hen opperde in dat kader zelfs haar te kopen. Intussen bleven de mannen haar gewoon bezoeken zonder concreet iets voor haar te doen of de misstanden te melden bij de politie. Volgens Volp is een dergelijke nalatigheid dermate laakbaar dat daarvoor strafvervolging mogelijk zou moeten zijn. „Maar dat kan alleen als we ook het ernstig vermoeden strafbaar stellen. Als we ons beperken tot het hebben van wetenschap is de kans groot dat dergelijke prostituanten niet voor de rechter kunnen worden gebracht.”