Theologie voor de buschauffeur
James I. Packer is bijna negentig. Aan pensionering denkt hij nooit, want de Brits-Canadese evangelicale theoloog weet zich door God geroepen om de levendmakende waarheid van de Bijbel door te geven. Zó, dat de buschauffeur het ook begrijpt.
Theologie voor het volk van God. Dat is zo’n beetje de rode draad in het leven van J. I. Packer, van wie onlangs een nieuwe biografie verscheen. Het boek van de Amerikaanse emeritus hoogleraar Leland Ryken is daarmee de opvolger van de levensbeschrijving door Alister McGrath, die zo’n twintig jaar geleden onder de titel ”De laatste der puriteinen” in het Nederlands verscheen.
In het eerste deel van zijn boek gaat Ryken nog erg in het spoor van McGrath. Hij beschrijft de kinderjaren van Packer, de scholen die deze bezocht, diens academische loopbaan en het werk voor het Amerikaanse tijdschrift Christianity Today.
Maar als Ryken in het tweede deel de geëffende paden verlaat, wordt het spannend. Dan maakt de lezer kennis met de ‘andere’ Packer: zijn favoriete auteurs (de ”big five” Calvijn, Luther, Bunyan, Owen en Baxter), mooiste boeken (natuurlijk veel theologie, maar ook goede detectives) en muziek (jazz). Niet dat Packer zichzelf heel veel vrije tijd gunt. Hij hanteert het sabbatprincipe van één dag rust en zes dagen werken: recreatie mag ongeveer 15 procent van zijn tijd innemen.
Voor Packer gaat het werk in het Koninkrijk van God voorop. Zelf ziet hij zijn bijdrage aan de totstandkoming van de Bijbel in de English Standard Version (ESV) en de bijbehorende aantekeningen als het „belangrijkste werk” dat hij heeft gedaan (de Nederlandse studiebijbel in de Herziene Statenvertaling is gebaseerd op deze uitgave).
Ryken, die ook deel uitmaakte van de theologische commissie van de ESV, herinnert zich Packers enorme kennis en belezenheid. Packer droeg vaak varianten aan –uit zijn hoofd– van woorden die niet in de Griekse standaardlexicons stonden. Tegelijk benadrukte hij dat de Bijbeltekst in het Engels leesbaar en begrijpelijk moest zijn. „Joe de buschauffeur moet het ook kunnen lezen”, zei hij herhaaldelijk.
Puriteinen
Wie de naam J. I. Packer intypt in een zoekmachine op internet krijgt ruim 4 miljoen hits. Toch heeft hij nooit de schijnwerpers opgezocht. Packer ging door de deuren die God en mensen hadden geopend.
Packer werd op 22 juli 1926 geboren in de Engelse stad Gloucester. Toen hij als kind een ongeluk kreeg met een vrachtwagen en een schedelfractuur opliep, kon hij niet meer spelen en sporten zoals andere jongens van zijn leeftijd. Op zijn elfde verjaardag kreeg Packer een typemachine. Hij zou zijn hele leven blijven lezen en schrijven.
Packer groeide op in een anglicaans gezin. In 1944 ging hij in Oxford klassieke talen en filosofie studeren. Tijdens het eerste jaar aan de universiteit bezocht hij een christelijke studentenvereniging en kwam hij tot bekering. In geschriften van puriteinse theologen zoals John Owen en Richard Baxter vond Packer antwoorden op de vragen waarmee hij worstelde. Hij leerde dat christenen realistisch moeten zijn over de blijvende aanwezigheid van zonde in hun leven, en dat ze daartegen moeten strijden. Hij leerde dat God soeverein is en dat Christus mensen met Zijn reddende liefde verlost. Hij leerde van de puriteinen dat christenen de waarheid van de Bijbel moeten toepassen in hun leven en dat deze waarheid hen tot lofprijzing brengt.
Het betekende het begin van een levenslange liefde voor de puriteinen. Packer promoveerde op de verlossingsleer bij Baxter, hij organiseerde samen met de Londense predikant D. Martyn Lloyd-Jones de Puritan Conferences en hij schreef enkele boeken en vele artikelen over deze zestiende- en zeventiende-eeuwse godgeleerden.
Packer ging theologie studeren en werd hulppredikant in Birmingham (1952-1954). Hij preekte in de stijl van Lloyd-Jones: de Bijbeltekst werd nauwkeurig gevolgd, uitgelegd en toegepast. Packer ontdekte dat zijn hart vooral bij het geven van onderwijs lag, maar wel in en ten dienste van het kerkelijk leven. Vervolgens doceerde hij aan verschillende anglicaanse predikantenopleidingen in Groot-Brittannië. Sinds 1979 is hij hoogleraar aan het interkerkelijke Regent College in Vancouver, Canada.
Huwelijk
Packer is al ruim zestig jaar getrouwd met Kit Mullet (ze hebben drie kinderen). De dag na zijn verloving, in december 1952, moest Packer spreken op de Puritan Conference in Westminster Chapel, de kerk van Lloyd-Jones (met wie Packer later in conflict kwam over de vraag of evangelicale christenen wel of niet binnen de Anglicaanse Kerk moesten blijven; Lloyd-Jones vond van niet, Packer wel). Kitt kwam luisteren naar haar verloofde. Toen Lloyd-Jones zag dat er maar twee vrouwen in de zaal zaten, zei hij tegen Packer dat die „alleen maar voor de mannen” kwamen. Toen Packer vertelde dat hij verloofd was met een van die vrouwen en dat ze zouden gaan trouwen, reageerde Lloyd-Jones dat het was zoals hij gezegd had.
Goede theologie
Net als de puriteinen, die hem uit de „geestelijke wildernis” hadden gehaald, benadrukte Packer het belang van „goede theologie.” Die staat volgens hem altijd ten dienste van het leven als christen. Dat doel bepaalt ook zijn stijl van schrijven en preken: gedachten worden geordend, redeneringen zijn logisch en voorbeelden verduidelijken het onderwerp. Packer blijkt zowel een pessimist als een optimist te zijn: het is niet zo best gesteld met de wereld en de mens, maar er is altijd wel een oplossing te vinden.
Zijn leven lang heeft Packer zich sterk gemaakt voor het lezen en bestuderen van de Bijbel en de toepassing daarvan in het dagelijks leven. Want onkunde over de Bijbel, is onwetendheid over God. En daar ligt een taak voor theologen, vindt hij. Zoals een loodgieter ervoor zorgt dat het water goed door de leidingen kan stromen, zo moeten predikanten discipelen van Christus toerusten in gehoorzaamheid. Theologen die met hun boeken slechts een intellectueel spel spelen, maken het water alleen maar modderig.
biografie
J. I. Packer. An evangelical life, Leland Ryken; Crossway, Wheaton, 2015; ISBN 978 1 4335 4252 7; 431 blz.; € 31,99.