Afgedankt witgoed is goudmijn
Het grootste afvalbedrijf van ons land, de Van Gansewinkel Groep, loopt voorop in het verwerken van afgedankte producten. Zo worden oude koelkasten en wasmachines tot waardevolle grondstoffen verwerkt bij dochterbedrijf Coolrec.
Een bril is verplicht, waarschuwt directeur Arjen Wittekoek vlak voor de bezichtiging van de bedrijfshal van Coolrec in Dordrecht. Hier worden dagelijks 1600 oude koelkasten en 450 wasmachines ontmanteld en vermalen tot kleine stukjes metaal en kunststof. „Dat gebeurt met grof geweld.” In lichtgroene containers wordt het witgoed aangevoerd, hier op het industrieterrein langs rivier de Merwede in Dordrecht. Vanaf een platform in de fabriek is goed te zien hoe de koelkasten en wasmachines langzaam via lopende banden de verwerkingshal binnenglijden.
Eerst worden de elektrische apparaten ontdaan van hun losse onderdelen, zoals stekkers en glas. Vervolgens zuigen machines de milieuschadelijke vloeistoffen eruit: olie en koelmiddelen. De derde stap is het eruit ‘knippen’ van de compressor, de motor. Dat gebeurt met een hydraulische tang. Daarna worden de kasten in de wijde mond van een gigantische shredder getransporteerd, die er werkelijk gehakt van maakt. Indrukwekkend is het om te zien hoe de verbrijzelaar onder veel lawaai alles naar binnen slokt en vermaalt tot kleine stukjes kunststof en metaal. „Die scheiden we daarna.” Een deel van het eindresultaat –kunststof– staat op het buitenterrein in tientallen meer dan manshoge zakken.
Motorblokken
Vergaat het zo alle afgedankte koelkasten en wasmachines in Nederland? „De meeste komen hier terecht”, zegt Wittekoek. Hij stelt tevreden vast dat 90 procent van het binnengekomen witgoed nuttig wordt hergebruikt. „We streven ernaar zo veel mogelijk grondstoffen terug te brengen naar de producent.” Neem de gietijzeren binnenringen van de Mielewasmachines. Deze krijgen na behandeling een tweede leven in onder andere nieuwe Mielewasmachines. Ook aluminium, koper, plastics, isolatieschuim en glas blijven als opnieuw te gebruiken grondstoffen over, zegt de Coolrecdirecteur, wijzend naar de gevarieerde inhoud van een rij glazen demonstratieflessen op de vergadertafel in zijn kantoor. „De stukjes aluminium worden omgesmolten tot motorblokken van auto’s.”
Op jaarbasis gaat het bij dit bedrijf om de recycling van meer dan 160.000 ton aan metalen en plastics. Om een idee te geven van de jaarlijkse hoeveelheid plastics die Coolrec weet terug te winnen: twee voetbalstadions à la de Rotterdamse Kuip vol.
Wat gebeurt er met de schadelijke koelmiddelen uit koelkasten en airconditioners? Die worden volgens Wittekoek omgevormd tot onder andere waterstoffluoride en zoutzuur. „Van die stoffen maakt de waterzuiveringsindustrie weer nuttig gebruik.”
Wereldwijd worden nog veel afgedankte apparaten op stortplaatsen gedumpt of verbrand. In Nederland eindigen veel kleine elektrische apparaten nog bij het restafval. Slechts 21 procent van de Nederlanders levert klein elektronisch afval altijd in bij een bezoek aan de gemeentelijke milieustraat, bleek eind vorig jaar uit representatief onderzoek van TNS NIPO. Hierdoor gaan grondstoffen verloren en komen schadelijke stoffen in het milieu.
Coolrec voorkomt verspilling en vervuiling, en daarom voelt directeur Arjen Wittekoek zich er als gereformeerd christen uitstekend op zijn plek. „Ik kan bijdragen aan het milieu en aan een betere wereld. Bovendien creëren we hier werk voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.”
Coolrec –met acht locaties in ons land– is maar een klein onderdeel van de totale Van Gansewinkel Groep. De grootste afvalverwerker in de Benelux heeft 140 vestigingen in Nederland met ruim 5000 werknemers en heeft bijna 1500 voertuigen op de weg rijden. De omzet is bijna 1 miljard euro, met een brutowinst van 82 miljoen euro.
Circulaire economie
De meeste mensen kennen de Van Gansewinkel Groep als het bedrijf dat het vuilnis van 2 miljoen huishoudens en van honderdduizend bedrijven inzamelt en verwerkt. Alleen het afval van de grijze container gaat de oven in, zegt Wittekoek. De rest wordt gerecycled. Hout bijvoorbeeld gaat terug naar de houtindustrie, die er spaanplaat en MDF-platen van maakt. Glas –1 miljoen ton per jaar– wordt omgesmolten. Gft-afval wordt vergist (wat biogas oplevert) en gecomposteerd. Zelfs bouw- en sloopafval wordt gescheiden en vindt z’n weg terug in wat wel wordt genoemd ”de circulaire economie”. Dit nieuwe economische denken komt in de plaats van de lineaire economie, waarbinnen producten worden gemaakt die na gebruik eindigen als afval waar niets mee wordt gedaan. Terwijl in de circulaire economie zo veel mogelijk grondstoffen in de kringloop blijven. „We hebben zelfs ons eigen papier”, zegt Wittekoek wapperend met een A4’tje. Trots: „Honderd procent gerecycled.”
”Afval bestaat niet”, is al bijna tien jaar de slogan van Van Gansewinkel. Inmiddels krijgt ruim 65 procent van al het binnenkomende afval een nieuw, tweede leven als grondstof. Het afvalbedrijf weet ook te voorkomen dat er jaarlijks 1,19 miljoen ton CO2 in de milieuketen verdwijnt. Toch valt er nog veel te winnen. Neem de 900.000 ton kunststoffen die in ons land jaarlijks vrijkomen. Daarvan wordt slechts 34 procent gerecycled. „Veel te weinig”, vindt Wittekoek.
De Van Gansewinkel Groep zoekt contact met pop-upbedrijfjes. Neem het project Perpetual Plastics. Dat haalt uit onder andere oude autodashboards en petflessen een grondstof waarmee 3D-printers nieuwe producten kunnen maken. En er is samenwerking met de onlinewinkel tuinmeubelen.nl, met als doelstelling jaarlijks 150 ton tuinmeubilair tot hoogwaardige grondstof te verwerken. ”Urban mining” noemt Wittekoek dat: „In plaats van mijnen te gebruiken als bron van grondstoffen, winnen wij als en vanuit de samenleving de grondstoffen.”
Zilvermijnen over 29 jaar leeg, ijzermijnen over 64 jaar
Is het mogelijk als particulier geld te verdienen door afval te scheiden, waarmee ook het milieu wordt gespaard? Dat kan met het project ”Afval loont”, dat vooral in de regio Rotterdam actief is. Door onder andere oud papier, textiel en kleine elektrische apparaten in te leveren, krijgt de indiener een vergoeding. Dit wordt opgespaard op een spaarpas. Bij elke 10 euro aan gespaard afval wordt het bedrag op de rekening gestort. De particulier kan er ook voor kiezen om te sparen voor een goed (kerkelijk) doel.
Achter ”Afval loont” zit ondernemer Jørgen van Rijn. De Van Gansewinkel Groep, RebelGroup en Social Impact Ventures zijn samenwerking met hem aangegaan. Bij ”Afval loont” kunnen ook verpakkingsplastic, frituurvet en metaal worden ingeleverd. De vergoeding ligt tussen de 4 en de 15 cent per kilo.
Dergelijke initiatieven zijn van belang, omdat de aarde steeds meer uitgeput raakt. Door een sterk groeiende wereldbevolking en vraag naar grondstoffen in de rijke landen raken grondstoffen op. Onderzoekers van de Europese Commissie hebben in 2014 berekend dat bijvoorbeeld de zilvermijnen over 29 jaar leeg zijn en de ijzermijnen over 64 jaar.
Onze spullen kosten veel fossiele grondstoffen. Zo is voor de productie van nieuw plastic ongeveer 8 procent van alle wereldwijd beschikbare olie nodig. Terwijl er van oud plastic gewoon weer nieuwe plastic producten gemaakt kunnen worden.