„Koopzondag Veenendaal niet van tafel”
VEENENDAAL. Het recente besluit van de gemeenteraad voor invoering van de koopzondag in Veenendaal is nog niet van tafel als een raadsmeerderheid komende maand vasthoudt aan de bestaande winkeltijden.
Die kanttekening plaatsen Burgemeester en Wethouders in een voorstel aan de raad voor wijziging van de plaatselijke winkeltijdenverordening.
Bij afwezigheid van drie ChristenUnie-raadsleden aanvaardde de raad eind april met 16 stemmen voor en 14 tegen een amendement van Lokaal Veenendaal. Eén ChristenUnieraadslid kon wegens „onvoorziene en plotselinge privéomstandigheden” niet aanwezig zijn, twee collega-raadsleden waren in verband met de meivakantie afwezig.
Het amendement gaf B en W de opdracht om de openstelling van winkels in Veenendaal op zondag van 13.00 tot 17.00 uur mogelijk te maken.
Voor de koopzondag moet de Verordening Winkeltijden Veenendaal worden aangepast. Met een voorstel daartoe, dat op 23 juni in de gemeenteraad wordt behandeld, geven B en W nu gevolg aan de raadsuitspraak van april. „Onze taak als college is uitvoering te geven aan besluiten van de gemeenteraad, het hoogste bestuursorgaan. Het is niet gebruikelijk dat te weigeren”, aldus wethouder Hollander (VVD) woensdagmiddag tijdens een persgesprek.
Het college is wel verdeeld. Drie wethouders en burgemeester Kolff steunen het raadsvoorstel, de wethouders Verloop (SGP) en Overduin-Biesma (CDA) nemen een minderheidsstandpunt in. „Die ruimte is er in het college, dat hebben we aan het begin van de raadsperiode afgesproken”, reageerde Hollander.
Niet chic
In de collegevergadering van dinsdag stemden Verloop en Overduin tegen het voorstel omdat invoering van de koopzondag niet strookt met de verkiezingsprogramma’s van hun partijen. Bovendien verwierpen de raadsfracties van SGP en CDA samen met ChristenUnie en SP in april het amendement van Lokaal Veenendaal.
Ook voorstanders van de koopzondag noemden de ‘coup’ van de lokale partij in april „niet zo chic” en „opportunistisch.”
„De koopzondag is voor Veenendaal een zeer aangelegen onderwerp bij voor- en tegenstanders, dat diepe scheidslijnen trekt door de Veenendaalse samenleving. Het is onbegrijpelijk en ongewenst dat een thema met een dergelijke maatschappelijke impact op deze manier en op dit moment, met een totale overrompelingstactiek, opnieuw op de agenda wordt gezet”, zo tekende de SGP in een terugblik op de raadsvergadering aan.
Majeure beslissing
Wethouder Hollander liet woensdagmiddag weten dat het college ook niet zo gelukkig is met de gang van zaken. „Als er zo’n voor Veenendaal majeure beslissing moet worden genomen, hoort daar een goed inspraaktraject bij. Dat is onderdeel van de bestuursstijl die we voorstaan.”
Van een zorgvuldige voorbereiding van de besluitvorming was in dit geval geen sprake, stelt Hollander desgevraagd. „Aan de orde was in april een voorstel om het centrum van Veenendaal een economische impuls te geven. Het ging daarbij niet over de koopzondag, daarover hebben ondernemers en inwoners toen niet kunnen inspreken.”
Terugdraaien
Algemeen bestond de indruk dat een voltallige gemeenteraad in juni het besluit van april kan terugdraaien. VVD-fractievoorzitter Lochtenberg, zelf voor de koopzondag, schreef: “De raad zal dan zeer waarschijnlijk weer compleet zijn. De vraag is dan wel: waar is dit nu allemaal goed voor geweest?” In het raadsvoorstel merkt het college echter op dat de politieke werkelijkheid weerbarstiger is. Wanneer de raad komende maand tegen de voorgestelde verruiming van de winkeltijdenverordening stemt, houdt dat niet automatisch in dat daarmee ook het besluit voor de invoering van de koopzondag van april is herroepen.
Wethouder Hollander: “De wijziging van de verordening is alleen een technische uitwerking van het besluit. Mocht die wijziging worden afgestemd, dan ligt het besluit er nog steeds. Als komend najaar om een bepaalde reden een andere wijziging moet worden voorgesteld, dan moet in het wijzigingsvoorstel dat besluit van april weer worden meegenomen. Het is aan de gemeenteraad hoe men dat eventueel wil herstellen.” Mogelijk kan dat door een amendement van tegenovergestelde strekking aan te nemen.
Voorafgaande aan de raadsvergadering is er in de week van 13 juni een commissievergadering met gelegenheid tot inspreken.