Het Hoornbeeck College voor reformatorisch mbo organiseert dit jaar voor het eerst de Hoornbeeck Debat Challenge. De finale vond woensdagmiddag plaats in Apeldoorn. Locatie Apeldoorn kruist de degens met locatie Rotterdam, Kampen met Gouda en Goes met Apeldoorn. Daarna komt Rotterdam uit tegen Kampen en Gouda tegen Goes. Alleen Amersfoort ontbreekt.

De regels zijn strak, de juryleden streng. „Als een teamlid zijn zegje heeft gedaan, mag hij pas weer het woord voeren als alle anderen hebben gesproken”, instrueert debatleider Riekelt Pasterkamp. Hulpmiddelen zijn taboe. Smartphones verboden.

De eerste stelling luidt: „Het wekelijks zingen van het volkslied past het reformatorisch mbo.” Apeldoorn moet zich uitspreken vóór, Rotterdam tegen. Team Apeldoorn trapt af. „Wij zien drie argumenten om het volkslied elke week te zingen: traditie, respect en eerbied. Nederland is een land van tradities, wij houden van tradities. We moeten verder respect tonen voor de koning en de overheid als bestuurder van ons land.” En ten slotte geldt hier –volgens de studenten– het „zevende” gebod: eert uw vader en uw moeder. „Daar valt de overheid ook onder.”

Vaderlandsliefde

Rotterdam laat deze stellingname niet op zich zitten. Het team wijst naar het Duitsland van 1940. „We zien dat te veel vaderlandsliefde in het verleden is fout gegaan. Het leidt tot narcistische praktijken.” Verder zien ze geen toegevoegde waarde. „Laten we gewoon onze psalmen blijven zingen, bijvoorbeeld ”Abba Vader”.”

Kampen en Gouda buigen zich over de gekozen burgemeester, Goes en Apeldoorn over rood staan bij een betaalde baan, Rotterdam en Kampen over pepperspray voor vrouwen, terwijl Gouda en Goes discussiëren over een vrouwelijke partijleider voor CDA, CU of SGP.

„Zo’n vrouwelijke partijleider is niet nodig”, vinden de tegenstanders. „Het aantal zetels van deze partijen stijgt, dus waarom zou je veranderen als het goed gaat?” Verder is er is verschil tussen man en vrouw, de Bijbel wijst de man aan als hoofd.

Nee, zeggen de voorstanders. Benut de verschillende talenten van mannen en vrouwen. „Vrouwen hebben vaak een scherpere blik. Kijk eens naar vrouwelijke politici als Merkel en Clinton, die doen het goed. En de SGP heeft in Vlissingen ook een vrouwelijke partijleider. Het kan dus wel.”

Moeilijke taak

De jury, bestaande uit burgemeester Visser van Scherpenzeel, ondernemer Mart Kleppe uit Apeldoorn en sectordirecteur Sijmen Nentjes, luistert. Een moeilijke taak, verzucht Visser over de beoordeling van de teams. Maar uiteindelijk mogen Apeldoorn en Gouda het tegen elkaar opnemen in de finale.

De stelling luidt: „Het Hoornbeeck College voert per direct het schooluniform in.” Gouda moet vóór zijn. „Gelijkheid is belangrijk. Vrouwen moeten niet worden afgerekend op hun uiterlijk. Pestgedrag om kleding is verleden tijd met een uniform. En korte rokjes zijn niet handig op de trap.” Apeldoorn steekt in met identiteit, respect en kosten. „Iedereen moet zijn eigen identiteit bewaren.” Pesten zit volgens het team niet in de kleding, maar in mensen. „Pak die aan.” Het team gooit het publiek in de strijd. „Wie is tegen een uniform?” Een luid gejuich spreekt boekdelen.

„Een goed debat”, verklaart burgemeester Visser na juryberaad. „Beide groepen waren erg sterk.” Toch kan hij niet anders dan Apeldoorn uitroepen tot winnaar. Voorzitter Marlies pakt de wisselbeker –net iets te enthousiast– aan. De deksel stuitert op de grond. Mart Kleppe overhandigt de winnaars een middagje karten.

Goed om zo’n debatwedstrijd te organiseren, vindt Visser. „Het is nodig om je standpunt goed te leren verwoorden.” De refokring is nogal schuw, analyseert de CU-burgemeester. „Kijk naar de rol van de kerken in de samenleving. Het geluid van de kerken is verstomd.”