Dat blijkt uit een dinsdag vrijgegeven inventarisatie van The Observatory on Intolerance and Discrimination against Christians in Europe in Wenen. De organisatie verzamelde 161 gevallen van haat en geweld tegen christenen of christelijke gebouwen/organisaties in 2015.

Beelden in of bij rooms-katholieke kerken in Zuid-Europa zijn regel­matig het doelwit van vandalen en dieven, zo toont het overzicht. Mogelijk speelt daarbij mee dat kerken in landen als Frankrijk, Italië en Spanje vaak open zijn voor het publiek. Het leeuwendeel van de meldingen in het rapport komt uit Frankrijk: 55 van de 161. Ook verschillende begraafplaatsen in Frankrijk liepen schade op.

In Italië vielen een Palestijn en een Tunesiër vorig jaar twee agenten aan die een kerk in Rome bewaakten. In Engeland werd een tot het christendom bekeerde moslim aangevallen bij diens woning. In Zweden werd in 2015 brand gesticht in een lutherse kerk. Hetzelfde gebeurde in Duitsland.

Verschillende voorvallen houden verband met de vluchtelingenstroom die vorig jaar naar Europa op gang kwam. Zo werd in een vluchtelingenkamp in Frankrijk een christen met messteken gedood. In Zweden werd een christen in een vluchtelingenkamp slachtoffer van een poging tot moord.

Ook in Duitsland waren christenen het slachtoffer van incidenten in vluchtelingenkampen. In Zweden vond twee keer een aanslag plaats op het kantoor van Assyriërs in het land: één keer was er sprake van brandstichting, een andere keer van bekladding.

Het rapport meldt ook enkele vernielingen in Oekraïense kerken en de moord op twee orthodoxe religieuzen in het land.

In de inventarisatie zijn eveneens enkele incidenten rond prolife­demonstraties opgetekend. Daarnaast waren er enkele digitale aanvallen, zoals een poging om de site van het Vaticaan te hacken.