Cáceres werd begin maart in haar huis doodgeschoten. De activiste zette zich jarenlang in voor de rechten van de Lenca-indianen en streed tegen de aanleg van dammen en mijnen in hun woongebieden.

Volgens mediaberichten zijn onder de arrestanten een militair, een ex-militair en een werknemer van het bedrijf Desa, dat de stuwdam Agua Zarca bouwt. Familieleden en collega’s van Cáceres hadden eerder het bedrijf verantwoordelijk gesteld voor de aanslag op de milieuactiviste.

De ministers Bert Koenders en Lilianne Ploumen stuurden na de moord de Nederlandse ambassadeur in Costa Rica naar Honduras om aandacht te vragen voor de zaak. „Moedige mensen als Cáceres moeten zonder intimidatie en bedreiging kunnen werken”, zei Koenders toen. „Met het sturen van de ambassadeur geven we het belangrijke signaal af dat de wereldgemeenschap meekijkt en dat we blijvend aandacht zullen hebben voor Cáseres’ nalatenschap en de belangrijke strijd die zij vol overtuiging heeft gevoerd. Niemand mag ongestraft met deze moord wegkomen.”