SGP-Kamerlid Bisschop: D66 kleinzielig over Zondagswet
DEN HAAG. De christelijke partijen in de Kamer reageren verbolgen op het nieuws dat D66-Kamerlid Koser Kaya donderdag, naast het kabinetsvoorstel dat er al lag, een eigen, verdergaand wetsvoorstel heeft ingediend om de Zondagswet te schrappen.
Onlangs kwam minister Plasterk (Binnenlandse Zaken) al met een wetsvoorstel om de Zondagswet in te trekken, die gemeenten nu nog expliciet mogelijkheden biedt om de zondagsrust en ongestoorde kerkgang te beschermen. Volgens Koser Kaya gaat dit voorstel –door het kabinet ingediend onder druk van D66– niet ver genoeg.
Met haar eigen initiatiefwet hoopt het D66-Kamerlid onder meer te voorkomen dat gemeenten straks nog maatregelen kunnen nemen „met betrekking tot godsdienstige aangelegenheiden als de viering van de zondag.”
Volgens Kamerlid Schouten van de ChristenUnie toont D66 door dit wetsvoorstel aan dat het rond de Zondagswet van geen ophouden weet. „De Zondagswet is een aanmoediging om rekening met elkaar te houden. Onder het mom van vrijheid wil D66 daar een einde aan maken. Daarmee gaat de partij nog verder dan het kabinetsvoorstel, waarin tenminste nog ruimte wordt geboden aan afspraken op gemeenteniveau.” Het lijkt volgens Schouten wel alsof van D66 „in geen geval” rekening mag worden gehouden met het houden van kerkdiensten. „Dat is een vorm van seculier paternalisme die ik niet kan begrijpen.”
Ook SGP-Kamerlid Bisschop kraakt het D66-initiatief. „Eigenlijk is dit een kleinzielige actie van D66. Normaal gesproken probeer je een wetsvoorstel van het kabinet te amenderen, maar blijkbaar wil D66 de afschaffing van de Zondagwet per sé op haar naam hebben. En dan wel met een variant die zo radicaal mogelijk is en gebaseerd is op een twijfelachtige redenering over de verhouding tussen kerk en staat.” Bisschop hoopt echter dat VVD en PvdA „zich niet voor het karretje van D66 laten spannen.”
D66-Kamerlid Koser Kaya wilde tegenover deze krant geen toelichting geven op haar initiatief. „Ik heb op dit moment niets toe te voegen aan wat er is geschreven en ik erover heb gezegd. Het gaat nu rustig het vervolgproces in.”