MammaPrint bevestigde advies oncoloog
AMERSFOORT. Het knobbeltje dat Marike van Mourik (44) zes jaar geleden in haar borst ontdekte, bleek een agressieve vorm van kanker te zijn. „Dat bericht kwam als een donderslag bij heldere hemel. Ik sportte vier keer in de week en ging bewust om met eten.”
Vanaf het moment dat ze het knobbeltje in haar borst ontdekt, gaat het snel: binnen een week heeft ze alle nodige onderzoeken gehad en is de uitslag bekend: het weefsel is kwaadaardig.
Na een borstsparende operatie ondergaat ze bestraling. De vraag rijst of daar chemotherapie op moet volgen. „De tumor was klein: 1,1 centimeter. Maar het was een agressieve vorm en de delingsactiviteit lag boven de grenswaarde. Ik kreeg het advies voor chemotherapie te kiezen.”
Van Mourik ziet dat advies graag bevestigd met de MammaPrint, een test die de activiteit van zeventig genen in het tumorweefsel kaart brengt. Dat geeft uitsluitsel over het risico op uitzaaiingen binnen tien jaar. Is dat risico klein dan kan iemand een belastende chemotherapie bespaard blijven, zo bleek dinsdag opnieuw uit een internationale studie met de test. „Ik had een nieuwsartikel gelezen over de MammaPrint. Die was toen nog in de onderzoeksfase. Heb gevraagd of ik ervoor in aanmerking kwam, en dat bleek zo te zijn. Ik wilde de uitslag graag weten.”
Analyse
De test bevestigt dat Van Mourik een verhoogd risico heeft dat de kanker terugkeert. „Mijn vak is businessanalyse. Ik ben het gewend om informatie te verzamelen en te analyseren. Mijn behandelplan is echt in overleg met de oncoloog en andere specialisten vastgesteld.”
Later wijst ook erfelijkheidsonderzoek op een verhoogd risico. „Al die uitslagen waren voor mij als puzzelstukjes die in elkaar vielen: de testen gaven hetzelfde resultaat, vanuit verschillende gezichtspunten.”
Op de bestralingen volgen zes chemokuren, met tussenpozen van drie weken. De behandeling valt haar fysiek en emotioneel zwaar. „Vijftien dagen na de eerste chemokuur viel mijn haar uit. Dat moment was het ergste van de hele kuur. Bij de operatie en de bestralingen onderga je de behandeling. Maar als je kaal wordt, besef je echt dat je ziek bent. Dat vond ik heel confronterend.”
Op de chemotherapie volgde de afgelopen vijf jaar een hormoonbehandeling met tamoxifen.„Later dit jaar wordt besproken of we daarmee verder gaan of niet.”
Nog dagelijks ervaart ze de gevolgen van de behandelingen, zegt Van Mourik. „Vermoeidheid; vóór de operatie heb ik een halve marathon gelopen, maar hardlopen heb ik niet echt meer kunnen oppakken. Pas heb ik een tweedaagse wandeltocht gedaan van 60 kilometer. Dat red ik wel, maar ik moet er in de dagen daarna van bijkomen. Er zit nog altijd oedeem in de borst. Verder ben ik bezig met een littekenweefselbehandeling bij de fysiotherapeut. Het weefsel dat bestraald is, is hard geworden. De behandeling moet het weefsel soepeler maken en het oedeem verminderen.”
Op haar 41e werd een cyste ontdekt op de eierstokken. „Die zijn beide verwijderd. Dat betekent wel dat ik vanaf die tijd in de overgang ben. Omdat de botaanmaak is verminderd, slik ik extra vitamine D. Het is afwachten hoe zich dat verder ontwikkelt.”