Commentaar: Initiatiefwet huwelijksrecht meer dan een update
Het huwelijk en het leven zijn nooit af, poneerde de in 1970 overleden hervormde theoloog A. A. van Ruler ooit. Hij bedoelde: wanneer de liefde tussen huwelijkspartners onderling zijn diepste oorsprong vindt in de liefde van Christus is hun verwondering daarover elke dag nieuw.
Ook voor VVD, PvdA en D66 zijn het huwelijk en de daaraan verbonden wetten niet af. Gretig zetten zij enige jaren terug hun tanden in het basisstelsel van het huwelijksvermogensrecht. Dat komt er op neer dat stellen die voor hun huwelijk geen bijzondere afspraken maken bij de notaris huwen in een algehele gemeenschap van goederen. „Al het mijne wordt het jouwe, en andersom”, zeggen de echtelieden daarmee als het ware tegen elkaar.
Het is de treurige realiteit dat huwelijken in Nederland in toenemende mate al worden ontbonden voordat de dood de echtelieden scheidt. Sommige ex-geliefden worden pas bij zo’n scheiding gewaar dat onder ”al het jouwe” ook de voorhuwelijkse goederen en de schulden vallen, evenals de tijdens het huwelijk verkregen erfenissen en giften. Besluiten uit elkaar te gaan, is al moeilijk. Het moeten incasseren van schulden of moeten delen van legaten verlicht die pijn op zijn zachtst gezegd niet.
De Tweede Kamer stemde dinsdag in met een initiatiefwet van VVD, PvdA, en D66 om dat leed te verzachten. In het basisstelsel is voortaan niet de algehele, maar de beperkte gemeenschap van goederen de norm. Een actualisatie; een update van de huidige basisregel, zeiden VVD, PvdA en D66 ter verdediging van hun voorstel. Dat is een neutrale aanduiding, die een louter pragmatische, niet-ideologische drijfveer suggereert.
Toch wezen de drie een door ChristenUnievoorman Segers voorgesteld wijzigingsvoorstel tamelijk hooghartig van de hand. Het betrof het idee om het nieuwe stelsel zo vorm te geven dat ook een keus voor de algehele gemeenschap van goederen, straks een afwijking van de nieuwe norm, kosteloos door de ambtenaar van de burgerlijke stand in het huwelijksgoederenregister kan worden geregistreerd. Verplicht kosten maken bij de notaris om in algehele gemeenschap te kunnen trouwen, zou dan niet nodig zijn.
De weigering van VVD, PvdA en D66 om dit voorstel over te nemen, bleek uiteindelijk te zijn gestoeld op één argument: het nieuwe stelsel past beter bij deze tijd. Immers, door in beperkte gemeenschap te huwen, zijn echtelieden al op voorhand tegen de gevolgen van een scheiding beschermd. Die drijfveer openbaart meer dan enig pragmatisme. Zij verraadt een duidelijke wens om afscheid te willen nemen van een opvatting die zijn oorsprong vindt in de tijd dat Nederland een christelijke natie was.
Dat stellen die willen blijven trouwen in algehele gemeenschap straks wat kosten moeten maken bij de notaris is hooguit wat onplezierig. Wat écht pijn doet, is dat de Tweede Kamer deze week opnieuw zichtbaar maakte hoezeer de overtuiging dat God het huwelijk heeft bedoeld en ingezet als fundament voor het gezins-, familie- en maatschappelijke leven in Nederland is vervaagd.