Noorden begint project met kleine windmolens
De drie noordelijke provincies Friesland, Groningen en Drenthe beginnen rond de zomer een proefproject met kleine windmolens. In elke provincie worden op verscheidene locaties tientallen ’minimolens’ geplaatst. De initiatiefnemers willen nagaan, of deze kleinere windmolens minder nadelig voor de omgeving zijn.
Geluidsoverlast, slagschaduw en horizonvervuiling zijn de grootste bezwaren tegen de traditionele windmolens van tachtig meter hoog. Inmiddels zijn zes of zeven nieuwe modellen windmolens van tussen tien en twintig meter hoog ontwikkeld. Zo is er een windmolen met een verticale as, genaamd ’Turby’, die eruitziet als een roomklopper. Een ander type molen, ’windside’, is een rechtopstaande ’wokkel’, die van alle kanten wind vangt.
Volgens woordvoerder S. Terpstra van de provincie Friesland worden de windmolens een jaar geplaatst bij bedrijven en particulieren die belangstelling hebben voor windenergie. „Na dat jaar gaan we kijken of deze kleinere windmolens minder nadelige gevolgen hebben voor de omgeving als de traditionele windmolens", aldus Terpstra.
Het proefproject is een uitwerking van het onderzoek dat de drie noordelijke provincies uitvoeren naar de kansen voor kleine windmolens. De Nederlandse Organisatie Voor Energie en Milieu (NOVEM) heeft 200.000 euro subsidie voor het onderzoek uitgetrokken. Gedeputeerde Staten van de drie provincies moeten nog officieel beslissen of het proefproject doorgaat.