Het regime van Kim Jong Un liet deze week doorschemeren dat de Noord-Koreanen het de komende tijd zwaar krijgen. „De route naar de revolutie is lang en weerbarstig”, schreef de Rodong Sinmun. „We zullen een lijdensweg meemaken en gedurende die tocht misschien weer op wortels moeten kauwen.” Het is voor het eerst sinds de hongersnood in de jaren negentig –die naar schatting 3 mil-
joen levens eiste– dat de autoriteiten spreken over een lijdensweg.

Volgens de krant The Telegraph wapperen er in het hele land rode vlaggen en roepen nieuwe propagandaposters op tot hogere productie. Om hun liefde voor het regime te tonen, moet iedere inwoner van de hoofdstad Pyongyang maandelijks 900 gram rijst afstaan aan de staat. Boeren moeten aanvullende oogsten aan het Noord-Koreaanse leger geven, meldde het Zuid-Koreaanse dagblad Chosun Ilbo.

Volgens waarnemers in Zuid-Korea neemt de onvrede in Noord-Korea toe. „Steeds meer Noord-Koreanen uiten hun misnoegen tegen de autoriteiten”, liet een hoge ambtenaar van het Zuid-Koreaanse ministerie van Hereniging weten aan persbureau AsiaNews. „Het regime raakt ongerust. De prijzen van dagelijks voedsel, waaronder rijst, stijgen, vooral in de regio’s langs de Chinese grens.”

Hoe groot de tekorten zijn, is nog moeilijk te zeggen, maar duidelijk is dat er een verband ligt met de Chinese steun voor de strengere VN-sancties. Begin maart besloot de VN-Veiligheidsraad tot de hardste strafmaatregelen, waarbij bondgenoot China opvallend weinig steun gaf aan Noord-Korea. Uit ergernis over de eigengereide houding van Pyongyang heeft Peking de import uit Noord-Korea stilgelegd en levert het geen kerosine meer.

De kritiek zet het regime onder druk, meent de Zuid-Koreaanse topambtenaar. Het regime viert de atoomproeven als een succes, maar interne critici zeggen dat ze leiden tot zwaardere sancties.