Dat blijkt uit een publicatie in het donderdag verschenen jongste nummer van het tijdschrift Nature. Amerikaanse wetenschappers, verbonden aan de Ohio State University in Columbus, brachten bij de man een chip in in een gedeelte van de hersenen dat bewegingen aanstuurt.

Burkhardt raakt zes jaar geleden verlamd na een duik in ondiep water. Daardoor raakten de zenuwbanen in zijn ruggenmerg onherstelbaar beschadigd. Omdat de dwarslaesie hoog in het ruggenmerg zit, raakte Burkhardt verlamd aan al zijn ledematen.

Met de chip in zijn brein stuurt de Amerikaan nu zijn rechterhand aan door te denken aan de beweging die hij wil maken. De signalen uit zijn hersenen worden via een kabel overgebracht naar een computer die ze omzet in elektrische pulsjes die via een manchet om de arm de spieren prikkelen. Burkhardt moest lang en intensief trainen voordat het zover was, maar is blij dat het is gelukt. „Het moment dat ik voor het eerst mijn vingers weer kon bewegen, zal ik nooit meer vergeten.”

De Amerikaanse onderzoekers stellen dat het lang kan duren voordat de technologie buiten het laboratorium beschikbaar komt.

De Nederlandse neurowetenschapper Nick Ramsey, werkzaam in het UMC Utrecht, reageerde vanmorgen in de Volkskrant kritisch op de gemelde resultaten. „Ik denk dat deze techniek nooit in het dagelijks leven gebruikt gaat worden. Er zijn drie technici en een aanhangwagen met apparatuur nodig om de patiënt zijn hand te laten bewegen.”

Ramsey noemt de techniek evenmin baanbrekend. „Het is knap gedaan, maar de Amerikanen combineren in feite twee al bestaande technieken. De eerste is: het aflezen van gedachten om ze te vertalen in elektrische pulsjes. De tweede is: het gebruik van elektrische signalen om spieren aan het werk te zetten.”

Dat Burkhardt via een plug in de schedel en via een kabel is verbonden aan een computer, noemt Ramsey een beperking. „Ik zie meer perspectief in implantaten die draadloos met elkaar communiceren. Eén in het brein en één in het verlamde lichaamsdeel.”

Bekijk de video hier