Spaanse hogesnelheidstrein doelwit mislukte aanslag
Drie weken na de aanslagen in Madrid is in Spanje een nieuw bloedbad verijdeld. Langs het spoor van de hogesnelheidstrein AVE tussen Madrid en Sevilla werd vrijdag een bom gevonden. Volgens de autoriteiten is het explosief van hetzelfde soort als dat werd gebruikt bij de aanslag van 11 maart op de vier forensentreinen in de hoofdstad.
De bom werd nabij het plaatsje Mocejón gevonden. Dat ligt in de buurt van Toledo, 61 kilometer zuidelijk van Madrid. Het pakketje bestond volgens minister Angel Acebes van Binnenlandse Zaken uit 10 tot 12 kilo springstof, een ontstekingsmechanisme en 136 meter kabel.
Het gaat vermoedelijk om een soort dynamiet dat ook in Madrid is gebruikt. De bom heeft dezelfde „kleur en structuur” en „het zou volgens specialisten hetzelfde (explosief) kunnen zijn dat ook in Madrid is gebruikt”, aldus Acebes. Volgens de media betreft het dynamiet van het type Goma 2 Eco
De politie gaat de hogesnelheidslijn Madrid-Sevilla kilometer voor kilometer controleren. Verder verklaarde de bewindsman dat het leger zal worden ingezet. Helikopers en ander legermaterieel zal worden gebruikt voor het beveiligen van de belangrijkste spoorlijnen.
Een baanwerker ontdekte de bom naast de rails en waarschuwde de politie. Het treinverkeer op het traject is stilgelegd. Wie het explosief heeft geplaatst, is niet bekend. De hogesnelheidstrein vertrekt naar het zuiden vanuit het Madrileense station Atocha, waar bij de aanslagen van eerder deze maand de meeste slachtoffers vielen.
Daarbij kwamen toen 191 mensen om het leven en raakten meer dan 1900 mensen gewond. Radicale moslims worden verdacht hiervoor verantwoordelijk te zijn. Vier verdachten van deze gebeurtenissen zijn vrijdag vrijgelaten, terwijl een Marokkaanse verdachte in hechtenis is genomen. Tegen de twee Syriërs, een Marokkaan en een Spanjaard was onvoldoende bewijs. Wel moeten zij zich beschikbaar houden voor justitie.
Minister Acebes riep de bevolking op kalm te blijven. In Spanje maken miljoenen mensen zich op voor de paasvakantie. De uitval van de treinen zorgde voor een chaos. De Spaanse spoorwegen konden onvoldoende bussen krijgen om de gestrande passagiers te vervoeren. Vermoedelijk wordt het treinverkeer van en naar Sevilla pas in de loop van zaterdag hervat.
Een dag eerder onderschepte de posterijen in Noord-Spanje nog drie bombrieven. De pakketjes werden gevonden in het hoofdpostkantoor van Zaragoza. De brieven waren gericht aan redacteuren van de krant La Razón en het radiostaion COPE en televisiezender Antena 3 in de hoofdstad. Acebes zei dat in het verleden anarchistische groepen dergelijke brieven verstuurden.
De onderzoekers van de aanslagen van 11 maart vermoeden dat de Marokkaan Said Berraj contactpersoon was tussen het terreurnetwerk al-Qaeda en de cel die de bommen in de treinen plaatste. Dat heeft de krant El Mundo gemeld op basis van een internationaal arrestatiebevel, dat rechter Juan del Olmo tegen Berraj en vijf andere voortvluchtige verdachten heeft uitgevaardigd.
Volgens het arrestatiebevel was Berraj in oktober 2000 aanwezig op een bijeenkomst van al-Qaeda in de Turkse stad Istanbul. Berraj woonde en werkte in Madrid en vertrok enkele dagen voor de aanslagen uit de Spaanse hoofdstad. Op zijn werk zei Berraj dat hij naar Marokko moest voor de begrafenis van zijn zuster. Uit politieonderzoek is evenwel gebleken dat Berraj geen zus heeft.
Volgens Del Olmo onderhield Berraj nauwe banden met Serhane Ben Abdelmajid Farkhet, bijgenaamd de Tunesiër. Deze 35-jarige man is volgens de Spaanse justitie de coördinator van de aanslagen op de forensentreinen. Farkhet is voortvluchtig. Hetzelfde geldt voor een tweede belangrijke persoon in de groep, die de terreuracties in Madrid voorbereidde en uitvoerde. Het gaat om de 33-jarige Marokkaan Jamal Ahmidan.