Kerk & religie

Herberg voor engelen

Johannes 20:12

Theodorus van der Groe
8 April 2016 08:01Gewijzigd op 16 November 2020 02:43

„En zag twee engelen in witte kleding zitten, een aan het hoofd en een aan de voeten, waar het lichaam van Jezus gelegen had.”

De engelen zitten stil en gerust beiden in het duistere graf neer, om hun onversaagd gemoed te tonen. Zij waren voor geen aanval of enig geweld van mensen, van Joden of heidenen, in het minst bevreesd. Zij zaten hier beiden in het graf neer, tot eer en heerlijkheid van de grote Zaligmaker, Die nu van de doden was verrezen.

Jezus is een hoog, doorluchtig, goddelijk Persoon, Wiens graf hier betreden en bewaard wordt door de heilige engelen. Zo wilde de Heere Jezus de laagheid en verachtelijkheid van Zijn graf voor de wereld wegnemen en aan allen, maar bijzonder aan Zijn volk, tonen dat Hij, Die hier in het graf gelegen en Zichzelf zo laag vernederd had, de allerhoogste God Zelf was, de Heere en Koning van de ganse wereld, van hemel en aarde, voor Wie ook alle engelen Gods moeten aanbidden (Hebreeën 1:6).

Ook wilde de Heere Jezus hierdoor al de naargeestigheid, vrees, duisterheid en onreinheid van het graf geheel wegnemen. Het graf is anders een onreine plaats en een herberg van verrotting en van vuile doodsbeenderen. Maar zie, nu de Zaligmaker Zelf daar gelegen heeft, nu maakt Hij het graf tot een heilige plaats, tot een herberg voor heilige engelen, die zich daarin nu ophouden. Zie, zo waar is het, dat de Heere Jezus alles heiligt en reinigt waar Hij inkomt!

Theodorus van der Groe, predikant te Kralingen (”Paasleerrede”, 1839)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer