Recensie: Joachim Eijlander speelt cellosuites Bach
In de zes suites voor cellosolo die hij in de jaren 1717-1723 schreef, gebruikte Bach de Franse indeling: een prelude, gevolgd door een vijftal dansvormen. De vraag dient zich aan waarom Bach voor deze indeling koos en voor wie hij deze werken, die in technisch opzicht in moeilijkheid toenemen, schreef. Studie- of onderzoeksmateriaal?
In elk geval speelt de polyfonie die Bach in zijn vioolsonates en partita’s toepast hier een minder prominente rol. Er zijn drie manuscripten overgeleverd, maar helaas geen van de meester zelf. Het duidelijkste is dat van zijn tweede vrouw, Anna Magdalena, maar er bestaat nog een ouder handschrift, van J. P. Kellner, die bevriend was met Bach. Overigens zijn er ook musicologen die de cello als doelinstrument verwerpen en menen dat Bach een ander instrument in gedachten had.
De hele serie achter elkaar beluisteren, zoals dat bij recitals van bekende cellisten gebeurt, is niet aan te raden voor hen die deze stukken niet kennen. Algauw lijkt alles op elkaar. En dat is zonde, want wat Bach hier heeft neergezet is zonder meer geniaal. Daarom: draai een deel enkele malen, of programmeer alle preludes en daarna alle sarabandes. Wat je daarna nog beluistert, zal je verbazing alleen nog maar toen stijgen…
Joachim Eijlander (1975) is een jonge cellist met veel durf, want de meeste grootmeesters namen de suites pas op latere leeftijd op. Eijlander bewijst echter dat een ‘jonge’ uitvoering ook een frisse kijk op deze muziek geeft. In elk geval staat zijn technische beheersing buiten kijf en weet hij de luisteraar mee te nemen op een boeiende reis door een even boeiend muzikaal landschap.
Bach – Cello Suites – Joachim Eijlander – Volume 1 en 2; Navis Classics (NC15003 en NC15007); € 22,99 per stuk; www.navisclassics.com
Uit: Suite no. 1 in G major (BWV 1007)
Uit: Suite no. 3 in C major (BWV 1009)
Uit: Suite no. 4 in E Flat major (BWV 1010)