Historische Kring wil nieuw monument Kamp Erika
OMMEN. Het was een berucht Arbeitseinsatzlager tijdens de Tweede Wereldoorlog: Kamp Erika in de bossen bij Ommen. De plaatselijke Historische Kring wil het door de tijd aangetaste gedenkmonument vernieuwen. Op 4 mei 2017 moet er een nieuw object staan dat recht doet aan het verleden.
In 1946 plaatsten oud-kampbewoners een kruis bij de Besthemerberg, de plek van het kamp. In de loop van de jaren kwamen daar meer zaken bij, zoals zwerfkeien in de vorm van een hart, een bankje, een treurwilg en een koperen plaat met inscriptie. De Historische Kring Ommen vindt nu dat er op deze plek een waardiger gedenkteken moet komen.
Op 4 mei van dit jaar start de vereniging een actie om tot een nieuw monument te komen. Waarschijnlijk wordt het een kunstwerk van roestig metaal. Op 4 mei is het 71 jaar geleden dat het nazistrafkamp de poorten sloot. Na de Bevrijding deed de plek dienst als kamp voor mensen die met de Duitsers hadden samengewerkt. De naam werd toen gespeld als Kamp Erica, met een c. Vorig jaar kwamen leden van de Historische Kring Ommen tot de conclusie dat er wat moest gebeuren, ook omdat ze klachten kregen van bezoekers.
„Het nieuwe gedenkteken moet passen bij de beladen geschiedenis van Kamp Erika”, zegt voorzitter Berend Jan Warmelink van de Historische Kring Ommen. „We voeren gesprekken met grondeigenaar Staatsbosbeheer, de gemeente Ommen, een camping die ernaast ligt en met twee lokale kunstenaars, die met een voorstel mogen komen.” De voorzitter schat dat een object zo’n 15.000 euro kost. „Hoe we dat gaan betalen, weten we nog niet.”
Voor de oorlog hield de spirituele beweging van ‘wereldleraar’ Jiddu Krishnamurti bijeenkomsten op de plek van het latere kamp. Hier kwamen duizenden mensen op af. Er waren onder meer onderkomens en andere voorzieningen. Daar richtten de Duitsers een werkkamp in, naar het schijnt genoemd naar de Duitse naam voor een heideplantje: Erika. In 1942 werden de eerste personen, onder wie zwarthandelaren, overgebracht naar Kamp Ommen, zoals het ook bekendstond.
„Door de afgelegen ligging konden de bewakers ongehinderd op een beestachtige manier gevangenen mishandelen. Dwangarbeid, ziektes, ondervoeding en moord kostten tientallen gevangenen het leven”, zegt Harry Woertink, voorzitter van de Werkgroep Tweede Wereldoorlog van de Historische Kring Ommen. „Er werd gescholden en geslagen. Wie iets durfde te zeggen werd tot bloedens toe afgetuigd. Publieke afranselingen vonden dagelijks plaats. In een vuile bunker, afgesloten met een luik vol uitstekende spijkers, sloten sadistische bewakers gevangenen dagen achtereen op zonder voedsel.”
Mensen die voor economische delicten waren veroordeeld, belandden in Ommen. Het was dus geen Jodenkamp. Slechts acht Joden kwamen in Erika terecht. Later werd het een gevangenis voor ‘asocialen’ en in 1944 een strafkamp. Toen kregen bewakers van Erika ook de opdracht om illegalen op te sporen. Tot in de verre omtrek hield de gevreesde knokploeg van Erika huiszoekingen. Herbertus Bikker maakte hierbij naam als ”de beul van Ommen”. Hij schoot onder anderen verzetsman Jan Houtman en onderduiker Herman Meijer dood. Bikker ontsnapte in 1952 uit de gevangenis in Breda, waar hij een levenslange straf uitzat na aanvankelijk de doodstraf te hebben gekregen voor zijn wandaden in Ommen. Hij woonde tot aan zijn dood in 2008 in Duitsland.
„Een zwarte bladzijde voor deze streek”, noemt Warmelink het kamp. Veel mensen wilden de geschiedenis van mishandeling en moord volgens hem het liefst vergeten. Warmelink: „Het is een beladen plek. Maar juist daarom mogen we dit niet vergeten.”