Seselj niet bestraft om zijn Groot-Servië
DEN HAAG. In een hoogst controversieel vonnis heeft het Joegoslaviëtribunaal donderdag de Servische politicus Vojislav Seselj vrijgesproken van oorlogsmisdaden. Seselj was tijdens de Joegoslavische oorlogen een van de prominentste pleitbezorgers van een Groot-Servië, dat delen van Bosnië en Kroatië moest omvatten.
De vrijspraak kwam als een volslagen verrassing, temeer omdat Seselj nog vorige week expliciet werd genoemd als medeplichtige in het vonnis tegen de Bosnisch-Servische leider Radovan Karadzic, die tot veertig jaar cel werd veroordeeld. Volgens die uitspraak was Seselj juist mededader van een misdadige campagne om niet-Serviërs te verdrijven uit gebied dat voor Groot-Servië werd geclaimd.
Het vonnis van donderdag laat daarvan niets heel. Seselj, zo betoogde de rechtbank, streefde met zijn strijd voor Groot-Servië een politiek doel na, geen misdadig doel. Het feit dat honderdduizenden mensen werden vermoord of verdreven in naam van datzelfde Groot-Servië maakt Seselj nog niet schuldig, redeneerde de rechtbank.
Ook een aanklacht wegens haatzaaien werd naar de prullenmand verwezen. Volgens het vonnis zette Seselj met een oproep om Bosnië ‘schoon te vegen’ niet per se aan tot etnische zuivering. Het kan ook bedoeld zijn geweest om de Servische troepen een hart onder de riem te steken.
Seseljs vrijspraak wordt door Servische nationalisten gezien als legitimatie van zijn ideologie. „Groot-Servië leeft voort”, zei Seselj zelf triomfantelijk na zijn vrijspraak.
Liberale Serviërs waren geschokt na het vonnis. „Dit is niet één, maar vele stappen terug”, zegt Nemanja Stjepanovic van het Centrum voor Humanitair Recht, een mensenrechtenorganisatie in Belgrado. „Extreemrechts heeft nu een vonnis uit Den Haag in handen waarmee ze kunnen betogen dat Servië zich nergens voor hoeft te verontschuldigen.”
Ook in de buurlanden waar de oorlog werd gevoerd, is onthutst gereageerd. De Kroatische premier Oreskovic noemde de vrijspraak „schandelijk.” Hij legde direct een krans in de stad Vukovar, die in 1991 aan puin werd geschoten door Servische troepen, een beleg waarvoor Seselj enthousiast vrijwilligers wierf.
Ook in Den Haag zelf is de vrijspraak hoogt omstreden. De driekoppige rechtbank kon geen overeenstemming bereiken. Rechter Flavia Lattanzi vond Seselj juist op alle punten schuldig, maar ze werd systematisch weggestemd door haar twee collega’s. Zij veegde de vloer aan met het vonnis. „De meerderheid heeft alle regels van het internationaal humanitair recht opzij geschoven”, schrijft ze in haar kritiek op het vonnis. Aanklager Serge Brammertz wil eerst het vonnis bestuderen voor hij besluit of hij in hoger beroep gaat.