„Albanezen moeten worden voorgelicht”
WIJK BIJ DUURSTEDE. Het nieuws dat Albanezen geen schijn kans maken op een verblijf als asielzoeker in ons land druppelt langzaam maar zeker door tot in de straten van Tirana.
Daar in de Albanese hoofdstad, waar het nieuws zich van mond tot mond doorgaans het snelst verspreidt, zijn de woorden van Zeki Shehu inmiddels gehoord.
Shehu, voorzitter van de Coördinerende Raad van Albanezen in Nederland (CRAN), roept de Albanezen in lokale media ertoe op thuis te blijven en zich niet te laten verleiden tot een reis naar Nederland, met achterlating van huis en eventuele schulden.
Te laat
„In de Albanese media gaat het nieuws inmiddels rollen, maar het is te laat voor al de mensen die huis en haard hebben verkocht om naar Nederland te reizen”, zegt Shehu. „Ze zijn kansloos voor een verblijfsvergunning. Ze moeten daarover beter worden voorgelicht. Want het verschil tussen asiel en arbeidsmigratie zegt hun helemaal niets.”
Shehu, na een vlucht uit Kosovo sinds 1993 in Nederland gevestigd en aan de Universiteit Utrecht afgestudeerd in de rechten, voelt zich geroepen om zijn ex-landgenoten te behoeden voor een duister avontuur.
Want de cijfers liegen er niet om. Nu de stroom asielzoekers uit Syrië (tijdelijk) is opgedroogd, staan Albanezen plotseling en onverwacht boven aan de statistieken van de Dienst Terugkeer en Vertrek van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Er zitten sinds begin dit jaar al meer dan duizend Albanezen in de noodopvang. Om precies te zijn deden tot half maart 1074 Albanezen een beroep op politiek asiel.
Geen schijn van kans
Ze maken geen schijn van kans op een verblijfsvergunning, is de boodschap die Shehu in de Albanese media laat horen.
VluchtelingenWerk Nederland is daar eveneens stellig in: „De asielprocedure is alleen bestemd voor mensen die om bescherming komen vragen, niet voor hen die een beter leven komen zoeken.”
De Albanezen komen wél in aanmerking voor een versnelde uitwijzingsprocedure. Want Albanië is als kandidaat-lid van de EU weliswaar straatarm, maar wel veilig op het gebied van de mensenrechten.
Arme man
In Albanië verdienen de circa 3,5 miljoen inwoners alles bij elkaar ruwweg 10 miljard euro, wat een inkomen per hoofd van de bevolking van circa 3000 euro betekent. Daarmee is het land de arme man van Europa.
Het enige wat Albanië feitelijk heeft als exportproduct zijn Albanezen, die in het buitenland geld verdienen en een deel daarvan terugsturen naar hun achtergebleven familieleden. „De Albanezen komen hier niet voor een uitkering en zijn geen gelukszoekers. Ze willen hard werken om zo veel mogelijk geld naar hun familieleden te kunnen sturen. Daar draait de hele economie in Albanië en vele Balkanlanden op”, zegt Shehu, die in zijn woonplaats Wijk bij Duurstede actief is als afdelingsvoorzitter van D66.
De toestroom heeft volgens hem geen financieel motief, zoals bij Oekraïners, die hier in sommige gevallen een fikse oprotpremie kwamen ophalen.
Terugvlucht
Dat wordt bevestigd door de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM), die uitgeprocedeerde asielzoekers doorgaans begeleidt bij terugkeer.
De Albanezen krijgen hulp bij het verkrijgen van een reisdocument en het regelen van een terugvlucht, maar veel meer ook niet.
De financiële bijdrage voor de eerste onkosten bij terugkeer zijn volgens de IOM 200 euro per volwassene en 40 euro per kind. Dat lijken geen bedragen te zijn om mensensmokkelaars in Tirana voor aan het werk te zetten.