Maak jeugd vertrouwd met kanttekeningen
Het is belangrijk om jongeren vertrouwd te maken met de kanttekeningen bij de Statenvertaling, stelt drs. Lennart van Belzen.
Als het gaat over Bijbellezen bij jongeren is er sprake van een spanning tussen ideaal en realiteit. Van nature laten we de Bijbel liever dicht. Dat zie je ook terug in enquêtes over Bijbellezen.
Tegelijkertijd hebben reformatorische opvoeders hun pedagogische idealen. Zij zien ernaar uit dat de Bijbel in het leven van kinderen en jongeren opengaat. En als de Bijbel opengaat, is het de wens dat jongeren niet even vluchtig lezen, maar er de tijd voor nemen. Dat de Bijbel écht dichtbij komt, dat ze de Bijbel mogen ervaren als Gods Woord en God Zelf in Zijn Woord ontmoeten.
Dat is geen vrucht van onze pedagogische akker, maar genade van de Heere. Wij hebben onze pedagogische idealen, maar laten we toch vooral omhoog zien. „Zonder de Heilige Geest”, zo schreef Johannes Calvijn in 1546 in een brief voorafgaand aan een Bijbelvertaling, „kunnen we wel goed ons best doen en doen wat mogelijk is, maar dat zal slechts verloren tijd zijn.”
Ondertussen zijn de middelen niet onbelangrijk. De Heilige Geest wil middellijk werken. Een zo’n middel is de Bijbel met kanttekeningen.
De Dordtse Synode van 1618-1619 besloot dat er een nieuwe Bijbelvertaling moest komen die rechtstreeks vanuit de grondtekst vertaald zou worden. De synode koos voor een zo letterlijk mogelijke vertaling, maar had tegelijk oog voor de grenzen van de letterlijkheid. Waar nodig namen de vertalers een letterlijkere vertaling daarom niet op in de bijbeltekst zelf, maar in de kanttekeningen. Zo kunnen Bijbellezers die het Hebreeuws en Grieks niet machtig zijn, van de strikt letterlijke vertaling kennisnemen.
Het is niet zonder reden dat kerken, scholen en particulieren die in de lijn van de Reformatie willen staan, in 2016 nog steeds kiezen voor het gebruik van de Statenvertaling. Wie de Bijbel in deze vertaling leest, heeft een letterlijke, grondtekstgetrouwe vertaling in handen. Die keuze hangt samen met ons belijden dat de Bijbel de Heilige Schrift is, het Woord van God dat woord voor woord onfeilbaar door de Heilige Geest is geïnspireerd.
Nu zijn er ook bijbelvertalingen in omloop die gemakkelijker te begrijpen zijn. De vraag daarbij is wel: wát begrijp je beter? En wélke inhoud neem je daarmee makkelijker tot je? Is die Bijbel nog een vertaling van Gods Woord, of is hij door aanpassing aan het begrip en de gemakzucht van de lezers eerder een verklaring van de Bijbel geworden? Het laatste hebben de Statenvertalers willen voorkomen. Ze lieten de vertaling voluit vertaling, en maakten er geen verklaring van. De verklaring plaatsten de Statenvertalers waar nodig in de kanttekeningen.
Dit is mijns inziens een van de belangrijkste redenen om de Statenvertaling niet zonder kanttekeningen te gebruiken. Vaak kan het raadplegen van de kanttekeningen helpen om de betekenis van de tekst beter te begrijpen. Voor pedagogen geldt daarom: maak jongeren vertrouwd met de kanttekeningen. Overigens bedoel ik natuurlijk niet te zeggen dat Gods Woord op zich onduidelijk zou zijn. Niet Gods Woord, maar ons verstand is van nature verduisterd.
De vertalers geven waar nodig ook een exegetische toelichting in de kanttekeningen. Ze gingen daarbij voorzichtig te werk. Soms noemen ze meerdere uitlegmogelijkheden. Vaak heeft in zo’n geval de eerste mogelijkheid de voorkeur van de kanttekenaars zelf.
De kanttekeningen geven er blijk van dat de statenvertalers van alle markten thuis waren. Wie de kanttekeningen leest, komt regelmatig verwijzingen naar rabbijnse geschriften of literatuur uit de oudheid tegen. De statenvertalers hebben de Schrift uiteraard vooral uitgelegd in gemeenschap met de kerk der eeuwen. Dat is een voorbeeld ter navolging.
Als je de Bijbel met kanttekeningen leest, valt verder het indrukwekkende aantal verwijsteksten op. Steeds maar weer hebben ze Schrift met Schrift vergeleken, uitgaand van het principe dat de Schrift zichzelf uitlegt. Voor jongeren is het waardevol dat ze zich bewust zijn van dit principe.
Wat de dogmatische punten betreft hebben de statenvertalers hun taak ruimer opgevat dan de Dordtse Synode had voorgeschreven. De kanttekenaren ontkwamen er soms niet aan om in te gaan op leergeschillen met bijvoorbeeld de roomsen en de remonstranten. Overigens waren ze er innerlijk van overtuigd dat een zuivere leer niet genoeg is; we moeten Gods Woord niet alleen lezen en onderzoeken, maar ook beleven. Jongeren kunnen door het gebruik van de kanttekeningen zien dat de gereformeerde geloofsleer voortvloeit uit de Bijbel zelf.
Tenslotte nog enkele praktische handreikingen. Allereerst: onderzoek zelf ook de Schriften. Kinderen en jongeren nemen meer waar dan alleen onze woorden. Ze merken of Gods Woord ons dierbaar is. Wees een voorbeeld in het lezen en onderzoeken van Gods Woord, ook met behulp van de kanttekeningen. Woorden wekken, voorbeelden trekken!
Verder: leer scholieren omgaan met de kanttekeningen. Stimuleer de bestudering van de kanttekeningen. Selecteer daarbij uiteraard teksten die goed aansluiten bij het niveau van de leerling. Leg moeilijke woorden in de kanttekeningen uit en probeer inzicht te geven in de soms ingewikkelde zinsstructuur.
Om het gebruik van de kanttekeningen in het onderwijs te stimuleren, heeft de GBS in 2008 het softwareprogramma GBS Digitaal uitgegeven. Het programma vergemakkelijkt door hyperlinks het zoeken naar verwijsteksten.
Een mooi hulpmiddel om scholieren vertrouwd te maken met de kanttekeningen, is ook de GBS-lesbrief ”Hoe lezen wij de Kanttekeningen bij de Bijbel?” Deze gaat in op het ontstaan en de betekenis van de kanttekeningen en bevat verschillende leesoefeningen.
We hopen en bidden dat het onderwijs, ook wat Bijbelgebruik betreft, mag leiden tot een persoonlijke omgang met Gods Woord.
De auteur werkt als wetenschappelijk medewerker voor de Gereformeerde Bijbelstichting. Dit artikel is een bewerking van de lezing die hij gisteravond hield op de voorjaarsvergadering van de Kontaktvereniging van Leerkrachten en Studenten (KLS).