Voorlopig ruim acht miljard dollar voor Afghanistan
De internationale gemeenschap wil het proces van wederopbouw in Afghanistan de komende drie jaar met zeker 8,2 miljard dollar steunen. Dat bleek woensdagvaond aan het einde van de eerste dag van een donorconferentie in Berlijn.
De Afghaanse president Karzai had eerder gezegd dat zijn land voor de komende zeven jaar 27,5 miljard nodig heeft. Voor de periode 2005–2008 had hij zijn zinnen gezet op een bedrag van 11,9 miljard, maar dergelijke toezeggingen kreeg hij niet.
Woensdagochtend begon in Berlijn de derde Afghanistanconferentie. Meer dan zevenhonderd afgevaardigden uit 56 landen overleggen daar over de wederopbouw van het door oorlogen verwoeste land en over miljarden aan financiële hulp.
Onder de aanwezigen zijn behalve Karzai en een aantal van zijn ministers de Amerikaanse minister Powell van Buitenlandse Zaken, NAVO–secretaris–generaal De Hoop Scheffer en de Nederlandse minister van Ontwikkelingssamenwerking Van Ardenne. Volgens Karzai hebben de Amerikanen hem al toegezegd een miljard dollar extra ter beschikking te stellen, een verdubbeling van de huidige Amerikaanse toezegging. Van Ardenne heeft namens Nederland 100 miljoen euro voor drie jaar toegezegd.
De extra toezegde Amerikaanse gelden zijn nog niet volledig meegeteld in de bedragen die woensdagavond bekendwerden, omdat het Amerikaanse Congres nog akkoord moet gaan.
De VN–afdeling voor de bestrijding van drugs en criminaliteit (Unocd) in Wenen zei woensdag dat momenteel de helft van het Afghaanse nationale inkomen komt uit de productie van opium. Unocd–baas Antionio Maria Costa zei tegen het Oostenrijkse persbureau APA dat de conferentie plaatsheeft op een moment dat de opiumproductie in Afghanistan weer toeneemt. Afghaanse boeren verdienen er ongeveer een miljard dollar mee en de handelaren in deze grondstof voor heroïne nog eens 1,3 miljard.
De VN–instantie pleit ervoor om extra geld te steken in de bestrijding van de handel en in speciale programma’s om de papavertelers te dwingen naar andere gewassen over te stappen. Maria Costa vindt ook dat de internationale troepenmacht in Afghanistan een veel grotere rol moet krijgen bij de bestrijding van de ’drugseconomie’.
De Afghaanse minister van Buitenlandse Zaken Abdullah Abdullah zei in Berlijn dat er met zes buurlanden verdragen gesloten worden over bestrijding van de illegale opiumhandel. Het gaat om China, Iran, Pakistan, Turkmenistan, Tadzjikistan en Oezbekistan. Ongeveer 90 procent van de heroïne in Europese landen heeft Afghanistan als bron.