De vijf, waaronder het Nederlandse bedrijf Van der Moolen Specialists, betalen in totaal 241,8 miljoen dollar (198 miljoen euro). Van der Moolen’s aandeel daarin bedraagt 57,7 miljoen dollar.

Specialisten hebben de taak om vraag en aanbod op de beurs zo soepel mogelijk te regelen. Er zijn zeven specialisten verbonden aan de NYSE, waarvan vijf in de periode van 1999 tot 2003 minstens 150 miljoen dollar verdiend hebben door hun eigen aandelenhandel voorrang te geven boven de koop- of verkoopopdrachten van hun cliënten. Van de eerder vermelde 241,8 miljoen dollar gaat 154 miljoen dollar naar benadeelde beleggers. De rest is bestemd voor de SEC en voor de NYSE.

Naast Van der Moolen gaat het verder om Bear Wagner van Bear Stearns, Fleet Specialists van FleetBoston, LaBranche & Co. en Spear, Leeds & Kellogg van investeringsbank Goldman Sachs. De vijf bedrijven erkennen met het aanvaarden van de regeling geen schuld. Zij beloven wel dat zij maatregelen zullen nemen voor een striktere naleving van de beursregels.

Daarvoor moeten de vijf nu onder meer dagelijks hun eigen handel vergelijken met een nieuw computersysteem dat twijfelachtige handel op de beurs registreert. Dit systeem werd onlangs geïntroduceerd naar aanleiding van de overtredingen van de vijf specialisten.

Het is nog onduidelijk wat er met de NYSE gebeurt. Beurstopman John Thain zei dinsdag te verwachten dat er „enige actie” mogelijk is van de kant van de SEC. Het beursbestuur heeft namelijk gefaald in het toezicht op de specialisten. Binnen de SEC pleiten sommigen er nu voor om een eind te maken aan de bevoegdheid van de beurs van New York om haar eigen regels op te stellen. Desgevraagd wilde Thain geen commentaar kwijt op die mogelijkheid.