Die conclusie trekken het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en kennisinstituut Atria in een dinsdag gepresenteerd rapport over vrijetijdsbesteding.

Vrouwen voelen zich meer dan mannen verantwoordelijk voor het huishouden en de zorg voor hun kinderen. „Vrouwen geven vaker aan dat ze het lastig vinden om te ontspannen als er nog dingen gedaan moeten worden. Het gaat dan niet alleen over concrete huishoudelijke en zorg­taken, maar ook om het in de gaten houden of alles wel goed gaat en of iedereen zich prettig voelt”, constateert het SCP.

„Zo gaf een vrouw aan dat zolang de kinderen nog niet in bed lagen, ze nog steeds het gevoel had ”in functie” te zijn. Volgens veel vrouwen hebben zij veel meer dan hun partners een gejaagd gevoel en ervaren ze meer vermoeidheid aan het einde van de dag. In de gesprekken met mannen –dit waren niet de partners van de vrouwen– lijkt dit beeld te worden bevestigd. Voor de mannen lijkt het bijvoorbeeld geen punt om iets voor zichzelf te gaan doen terwijl het huis nog niet opgeruimd is. Ook vinden ze dat kinderen de ruimte moeten hebben om te experimenteren, en vinden ze het niet nodig dat ze dat steeds in de gaten moeten houden.”

Vrouwen besteden minder tijd aan betaald werk dan mannen, en meer tijd aan huishouden en zorg. Ze zijn ook iets meer tijd kwijt aan persoonlijke verzorging.

Het weekend is voor vrouwen minder ontspannend dan voor mannen. Vooral overdag in het weekend komen mannen vaker toe aan vrijetijdsactiviteiten dan vrouwen. Doordeweeks hebben vrouwen vaker overdag vrij.

Driekwart van de mannen wil in zijn vrije tijd met vrienden of 
familie kunnen afspreken. Vrouwen hechten hier nog iets meer belang aan. Ruim een derde van hun vrije tijd brengen vrouwen en mannen door voor de tv of achter de computer. Of ze daar zelf voor hebben gekozen, of dat ze meekijken met een huisgenoot, of geen energie hebben om iets anders te doen, is niet duidelijk. Vrouwen besteden meer van hun vrije tijd aan sociale contacten, zowel face to face als via telefoon of sociale media.

Van de werkende vrouwen heeft driekwart een deeltijdbaan, tegen 15 procent van de mannen. Van de niet-werkende vrouwen wil bijna de helft aan de slag voor gemiddeld tweeënhalve dag per week. Werkende mannen willen gemiddeld twee uur per week minder werken. Voor het onderzoek maakte het SCP gebruik van het Tijdsbestedingsonderzoek 2011. Ook zijn er groepsgesprekken en interviews gehouden.