Volgens hem gaan de discussies hierover „in de goede richting”. Naar schatting bestaat 40 tot 50 procent van de vluchtelingenstroom die vanuit Turkije naar Griekenland gaat uit niet-Syriërs, aldus de minister. „Dat zijn eigenlijk niet de mensen die humanitair het eerste (opvang in EU) nodig hebben”.

Het is nog geen gesloten deal. Het hangt onder meer ook nog van Griekenland af. Dat land moet de dossiers klaar hebben om mensen terug te kunnen sturen naar Turkije. En Ankara moet officieel het groene licht geven, maar daarover is Koenders wel „positief”.

De EU en Turkije hebben eerder een actieplan afgesproken om de stroom migranten in te dammen. De Turken kregen onder meer 3 miljard euro om de opvang van Syriërs te verbeteren en ook wordt gekeken naar visumliberalisatie voor de Turken.

In ruil zou Turkije de vluchtelingen gaan stoppen. Zodra de stroom zou zijn opgedroogd zou de EU een deel van de vluchtelingen in Turkije overnemen en verdelen onder de lidstaten. Maar dit jaar kwamen al meer dan 130.000 migranten uit Turkije naar Griekenland. Brussel wil dat de Turken meer actie ondernemen om de toevloed te stoppen.