„We begrijpen de druk waar landen mee worden geconfronteerd”, aldus Dijkhoff en Avramopoulos in een dinsdag verschenen verklaring. Maar de bewindslieden spreken hun „zorgen” uit over de situatie op de West-Balkan. Ze vrezen dat die zich kan ontwikkelen tot een humanitaire crisis in onder andere Griekenland. Daarom moeten landen zich voorbereiden en bijvoorbeeld opvangcapaciteiten verbeteren.

Macedonië laat sinds een paar dagen alleen nog vluchtelingen uit Syrië en Irak door, anderen worden teruggestuurd naar Griekenland. Groepen migranten komen hierdoor klem te zitten.

Dijkhoff en Avramopoulos benadrukken dat alle landen „de verantwoordelijkheid en verplichting” hebben zich te houden aan Europese regels. Ook wijzen ze erop dat landen bij besluitvorming rekening moeten houden met de effecten ervan voor naburige landen.

De bewindslieden benadrukken verder dat zij blijven streven naar een Europese aanpak van het migratievraagstuk. „Alle landen zouden in een geest van solidariteit en verantwoordelijkheid moeten handelen, zeker nu eenheid en gemeenschappelijke oplossingen nodig zijn.”

Donderdag komen de Europese ministers verantwoordelijk voor dit dossier, weer naar Brussel voor overleg. Dijkhoff zit deze vergadering voor, omdat Nederland dit half jaar het voorzitterschap van de EU houdt.