De verdachten werden in 2013 opgepakt. Ze worden onder meer beschuldigd van het oprichten van een spionagenetwerk met leden van de Iraanse inlichtingendienst. Ze zouden militaire geheimen hebben doorgegeven, Saudische economische belangen hebben willen saboteren, de maatschappelijke samenhang hebben willen ondermijnen en hebben aangezet tot sektarische strijd. Ook worden ze beschuldigd van steun aan protesten in de oostelijke regio Qatif en verraad aan de koning.

Onder de verdachten zijn een bejaarde hoogleraar, een kinderarts, een bankier en twee geestelijken. De meesten zijn afkomstig uit al-Ahsa, een gemengde regio waar ongeveer de helft van het sjiitische bevolkingsdeel van Saudi-Arabië woont.

De rivaliteit tussen het soennitische Saudische koninkrijk en de sjiitische theocratie Iran speelt mee in oorlogen en politieke conflicten in Syrië, Irak, Libanon, Jemen en Bahrein en wordt door veel analisten gezien als een belangrijke oorzaak van instabiliteit in de regio. De spanningen namen in januari toe, toen Riyad de betrekkingen met Iran verbrak na de bestorming van zijn ambassade in Teheran tijdens protesten tegen de executie van een vooraanstaande sjiitische geestelijke in Saudi-Arabië.

Het proces zal naar verwachting de spanningen verder doen toenemen.