Ouderen willen maar niet aan de studie
RIJSWIJK (ANP). Het wil maar niet lukken om meer ouderen vanaf 30 jaar in de schoolbanken te krijgen. Vorig jaar daalde het aandeel van leerlingen boven de 30 jaar in het mbo en op de universiteiten opnieuw. Alleen op hbo-niveau steeg het aandeel van die leeftijdsgroep licht. Maar uit de jongste cijfers van de onderwijskoepels blijkt dat tussen 2011 en 2014 op alle niveaus steeds minder mensen boven de 30 jaar een studie volgen.
Dat is een tegenvaller voor het kabinet en in het bijzonder voor onderwijsminister Jet Bussemaker. Die kondigde eind 2014 nog stimuleringsmaatregelen aan die ouderen moesten aansporen weer te gaan studeren, eventueel in deeltijd. Met het programma Een Leven Lang Leren probeert de overheid al jaren om ouderen, ook als ze een baan hebben, weer in de klas te krijgen. Dat is nodig omdat de arbeidsmarkt snel verandert.
De maatregelen van het kabinet lijken opnieuw niet te hebben geholpen. Bij de universiteiten in Nederland daalde het aantal studenten van boven de 30 jaar van 11.840 in 2014 naar 11.700 vorig jaar. In 2011 waren het er nog ruim 14.600. Ook in het mbo daalde vorig jaar het aantal studenten ten opzichte van een jaar eerder gestaag: van ruim 27.000 naar ruim 24.000. In 2011 telde het mbo nog bijna 54.000 leerlingen van 30 jaar en ouder.
Bij de hbo-instellingen zitten nu 5521 studenten van boven de 30 jaar. Dat zijn er 150 meer dan een jaar eerder. Maar in 2011 waren het er nog ruim 7400. Zelfs op de Open Universiteit daalde vorig jaar het aantal studenten van 17.000 in 2014 naar ruim 15.000 in 2015. Daar gaan wel veruit de meeste mensen naar toe omdat daar in modules les wordt gegeven. Wel volgen veel mensen cursussen, workshops en trainingen, bleek vorige week uit CBS-cijfers.
Volgens een woordvoerder van de Vereniging van Universiteiten zegt dat genoeg over de manier waarop Een Leven Lang Leren wel zou moeten worden aangeboden: „Het aanbod moet veel flexibeler worden, zodat mensen hun eigen tempo kunnen bepalen. Zij moeten losse modules, ook online kunnen volgen: kort en to the point. Nu worden opleidingen in te grote brokken aangeboden.”