Het gaat om een veel zwaardere afstraffing van de landelijke centrumrechtse regering van premier Raffarin dan alle voorspellingen aangaven. Raffarin zelf lijkt evenwel geen gevolgen voor zichzelf te willen trekken. „Het is nu zaak ons eensgezind achter president Chirac op te stellen en al onze energie aan te wenden om ons programma tot een goed einde te brengen. Frankrijk wil niet terug naar de onbeweeglijkheid van links", reageerde de premier op het verlies.

Raffarin lijkt weinig zin te hebben om op te stappen na dit resultaat, dat hij niet wil vergelijken met algemene verkiezingen van nationaal belang. Algemeen wordt verwacht dat er volgende week in ieder geval een behoorlijke kabinetswijziging aankomt.

De socialistische winnaar van de Parijse regio, Jean–Paul Huchon, verweet de regering doof– en blindheid. In een aantal regio’s had centrumrechts vooral last met verdeeldheid tussen de neo–gaullisten van de UMP en de liberalen van de UDF.

In Bourgondië en de Languedoc–Roussillon bijvoorbeeld zijn liberale stemmen in de tweede ronde niet terechtgekomen bij de UMP–lijsttrekkers Soisson en Blanc. De twee politici werd verweten zes jaar geleden de regio’s in handen te hebben gekregen door een pact te sluiten met het extreemrechtse Front National.

Verrassend was dat zondag zelfs regio’s als Auvergne en de Loirestreek naar links overhelden. Na de eerste ronde leken oud–president Giscard d’Estaing en minister Fillon van Sociale Zaken daar verzekerd van hun overwinning. Nu wordt Fillon in zijn eigen Loire–regio uitgemaakt voor „minister van Werkloosheid".

Extreemlinks verdwijnt uit de regionale vertegenwoordigingen, waar ze 24 zetels had. Hetzelfde geldt voor de 33 afgevaardigden van de jagerspartij CPNT. Het Front National houdt afgevaardigden in zeventien regio’s. Tot nu toe telde het Front 287 regionale afgevaardigden in 21 regio’s. Alleen op Corsica was de partij niet vertegenwoordigd.