”Ethan door de jaren heen. De geschiedenis van 35 jaar mannenkoor Ethan Yerseke”
Uitgeverij: Ethan, Yerseke, 2001
ISBN 90 9015 147 8
Pagina’s: € 13,60. Mannenkoor Ethan bestond vorig jaar 35 jaar. Een reden voor de zangers uit Yerseke om ”Ethan door de jaren heen. De geschiedenis van 35 jaar mannenkoor Ethan Yerseke” op de markt te brengen. Het boek is een bonte mix van felicitaties van enkele predikanten, beschrijvingen van repetities en hoogtepunten uit het verleden, en vooral van persoonlijke herinneringen van (bestuurs)leden.

Ethan is ontstaan uit een dubbelkwartet van leden van gemengd koor A Capella. Tijdens de oprichtingsvergadering, 9 september 1966, waren 22 mannen aanwezig. Het devies van de eerste dirigent, C. Nieuwenhuyzen, was ”Vertellend zingen en zingend vertellen”. Schaapherderszoon Rijk J. Rijkse nam in 1972 het stokje van hem over. Nog steeds bepaalt hij mede het gezicht van het Zeeuwse mannenkoor.

In zijn bijdrage over Pieter Heykoop memoreert Wim Nijsse dat deze oud-organist van Ethan met zijn spel het „koor mede naar de top van mannenkoren binnen onze kerkelijke gemeenten” heeft gebracht. Het bestuur roept „in 1994 … een donkere tijd”, een „zwarte bladzij” in herinnering: „grote tegenstrijdige belangen (tussen Ethan en Heykoop, red.) maakten het onmogelijk om nog langer met elkaar samen te werken.” Beschuldigingen van fraude deden de ronde. Hoewel de vereniging „van alle blaam werd gezuiverd” duurde het nog jaren „eer ’in den lande’ de nare bijsmaak, die de naam Ethan had gekregen, zou verdwijnen.”

Ethan is inmiddels weer een bloeiende vereniging. Het koor telt momenteel zo’n honderd leden en van vergrijzing is geen sprake. Wekelijks repeteren de zangers in de thuishaven: de kerkzaal van de gereformeerde gemeente Yerseke. Ze zingen -met Bram Bout aan het orgel- vooral eenvoudige, romantische getinte bewerkingen van psalmen, geestelijke en vaderlandse liederen, van onder meer Klaas Jan Mulder en Meindert Kramer.

Het gedenkboek doet fragmentarisch aan en is geen geschiedkundig hoogstandje. De uitgave lijkt vooral bedoeld voor direct betrokkenen en geeft buitenstaanders een aardig beeld van het reilen en zeilen van de Zeeuwse zangvereniging.