Opinie

Netflix verlegt spitsuur op web naar zondagavond

Het computerpark van Facebook, Microsoft, Google en YouTube draait 24 uur per etmaal, 7 dagen per week. Het web kent geen rustdagen. De laatste jaren nam het internetverkeer sterk toe. Die stijging komt onder meer door het zeer populaire Netflix, de videodienst waarbij je voor een luttel bedrag onbeperkt films en series kunt bekijken. In de VS zijn video en muziek tijdens de ‘spits’ goed voor ruim 70 procent van het internetverkeer.

dr. S. M. de Bruijn
6 February 2016 17:17Gewijzigd op 16 November 2020 01:15

Die spits valt in de regel in de avonduren, en dan met name op zondagavond. De conclusie, een beetje kort door de bocht, is dat veel mensen de rustdag invullen met het kijken van video en het luisteren naar muziek via internet. Heel verwonderlijk is dat niet: dat gold altijd al voor het tv-kijken en dat is alleen maar toegenomen door de mogelijkheden via internet.

Christenen binnen de gereformeerde gezindte staan vanouds afwijzend tegenover de tv – en al helemaal op zondag. Geldt dat ook nu de tv min of meer verpakt is in computer en smartphone? Hier zijn wel degelijk verschuivingen te zien, in elk geval bij de jongere generatie. Uit een recente enquête van het lectoraat nieuwe media van Driestar educatief blijkt dat de helft van de middelbare scholieren z’n mobiel of smartphone ook op zondag gebruikt. Dat betekent niet meteen dat zij allemaal film kijken via Netflix, maar ze hebben kenne­lijk weinig moeite met het gebruik van WhatsApp en Facebook op zondag.

Hoe verhoudt zich dat tot de bijzondere plaats die de zondag heeft en de heiliging die daarbij geboden is? De voor de hand liggende reactie is dat je computers en smartphones op zondag gewoon met rust moet laten. Maar dat roept een reeks nieuwe vragen op: hoe zit het dan met de ‘computer’ in de kamerthermostaat, de geluidsinstallatie van de kerk, de kerk­telefoon, het orgel? Dit soort elektronica is onmisbaar geworden voor het spreken en luisteren, het comfort of de veiligheid in de kerk. Kennelijk hangt het dus af van het doel waarvoor je die apparaten gebruikt.

Bovendien zal een deel van de jongeren hun mobiel op zondag gebruiken om daarop de Bijbel te lezen. Een Bijbel-app heeft een duidelijke meerwaarde ten opzichte van een papieren versie. Je kunt er de grondtekst, verklaringen en vertalingen raadplegen, tekst met tekst vergelijken, de kanttekeningen ernaast leggen, gedeelten uit de Bijbel of de psalmen ‘knippen’, notities maken bij een tekst, leesroosters volgen en bladwijzers aanbrengen. Zoals de uit­vinding van de boekdrukkunst tot grote zegen was voor de verspreiding van de Bijbel, zo bieden ook nieuwe media ongekende mogelijkheden voor de vertaling en verbreiding van Gods Woord.

Maar aan deze meerwaarde zit ook een keerzijde. Bijbelstudie is meer dan het zoeken, ontleden en technisch lezen van teksten en verklaringen. Bij de vraag wat God in Zijn Woord zegt, hoort de houding van het eerbiedig luisteren. Die vraagt rust en aandacht. De laptop en de smartphone zijn, letterlijk en figuurlijk, een sta-in-de-weg bij het buigen van de knieën en vouwen van de handen. Ze onderbreken de rust en buigen de aandacht in een andere richting. Zo’n telefoon in de buurt bedelt bij elk piepje: Kijk nú even naar mij! En zelfs als je de discipline hebt om dat te negeren, zuigt dat piepje toch onbewust je aandacht weg.

Hoe wijs is het advies van de Heere Jezus over het gebed in Mattheüs 6:6: „Wanneer gij bidt, ga in uw binnenkamer, en uw deur gesloten hebbende…” Dat geldt ook voor Bijbelstudie en meditatie – en daarmee voor een belangrijk deel van de zondagsinvulling. Van Izak, David, Jeremia en ook van Christus Zelf lezen we dat ze de stilte en eenzaamheid zochten voor het gebed. De Engelse puritein Manton verwijst naar Jakob aan de rivier de Jabbok: „Toen Jakob een voornemen had om in grote ernst God aan te lopen, stuurde hij al zijn gezelschap weg.” Zo is het digitale gezelschap ook een hindernis bij het naderen tot God in het gebed en het overdenken van Zijn Woord. Wie bij koning Willem Alexander is uitgenodigd, haalt het toch ook niet in z’n hoofd om tijdens het onderhoud met de koning een binnenkomend WhatsAppbericht te lezen?

De auteur is adjunct-hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad en lector nieuwe media van Driestar educatief. Reageren? welbeschouwd@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer