Obama openhartig tijdens gebedsontbijt
WASHINGTON. Obama blijft verrassen. Woensdag bezocht hij een moskee in Baltimore en sprak vriendelijke woorden tegen moslims. Een dag later vertelde hij evangelicals over zijn gebedsleven. En zijn hoorders stonden verbaasd. Waar staat de president in geestelijk opzicht nu eigenlijk?
De Amerikaanse president noemt zich christen. Maar geen Amerikaan heeft de indruk dat hij veel werk maakt van zijn geloof. Van zondags kerkbezoek is slechts bij hoge uitzondering sprake. In zijn politieke redevoeringen citeert hij slechts zelden de Bijbel. En als mensen hem de handen zien vouwen en de ogen sluiten, hebben ze vaak het onbestemde gevoel dat dit vooral voor de camera bedoeld is.
Het Nationaal Gebedsontbijt is een bijeenkomst die jaarlijks op de eerste donderdag van februari wordt gehouden. Organisator is The Fellowship Foundation, een evangelicale organisatie. Jaarlijks wonen ongeveer 3500 mensen uit de politiek en het zakenleven dit ontbijt bij. Sinds de start in 1953 is de zittende president vaste gast.
Niet bang
Voor Obama was het dit jaar de achtste keer dat hij aan de ontbijttafel zat; de laatste maal als zittende president. Mogelijk dat dit voor hem aanleiding was de aanwezigen een blik te gunnen in zijn ‘binnenkamer’.
In zijn toespraak zei Obama net als elk mens en als elke president angst te kennen. „Maar mijn geloof leert me dat ik niet bang behoef te zijn voor de dood. Door de aanvaarding van Christus’ beloften zijn mijn zonden weggewassen en mag eeuwig leven worden verwacht.” Hij zei te weten dat hij bij moeilijkheden en tegenslagen verzekerd is van Gods hulp. „In Zijn kracht kan en zal ik staande blijven.”
De president nam voor zijn toespraak als uitgangspunt 2 Timotheüs 1:7: „Want God heeft ons niet gegeven een geest der vreesachtigheid, maar der kracht en der liefde en der gematigdheid.” Obama noemde zijn geloof het belangrijkste medicijn tegen angst. „Jezus is een probaat middel als je bang bent.”
Over zijn persoonlijk gebed zei de president dat hij geregeld God vraagt dat de grote leiders vervuld worden met nederigheid en edelmoedigheid. Voor zichzelf vraagt hij vaak om vergeving van zijn fouten en of hij gehoorzaam mag zijn „aan de Bijbelse opdracht om de zwakken en kwetsbaren weer op te richten.”
Obama stak in zijn toespraak van 27 minuten de hand uit naar aanhangers van andere godsdiensten. Hij sprak over „goede mensen van welke godsdienstige overtuiging dan ook, die elke dag bezig zijn met het werk van God.” Moslims prees hij vanwege „de vredelievende geest van de islam.” Dit keer verweet hij christenen niet –zoals hij voorgaande jaren wel deed– dat ze zich superieur opstellen jegens moslims.
Op de dag voorafgaand aan het gebedsontbijt bezocht Obama voor de eerste keer sinds zijn aantreden als president een moskee. Tijdens dit bezoek in Baltimore, aan de Amerikaanse oostkust, probeerde hij moslims nadrukkelijk een hart onder de riem te steken. De president nam duidelijk afstand van de anti-islambeweging, die zich ook in Amerika manifesteert. „Er zijn mensen die steeds maar beweren dat moslims moeten kiezen tussen de Amerikaanse of de islamitische identiteit. Dat is niet nodig. Jullie passen hier, zoals jullie zijn. Jullie zijn deel van de Amerikaanse samenleving.”
Moslim
Over de banden tussen Obama en de islam doen binnen conservatieve kringen in de VS nog altijd geruchten de ronde, al zijn ze zwakker dan bij Obama’s aantreden. Zo zou hij in het geheim moslim zijn. Obama heeft dat steeds ontkend.
Tot voorjaar 2008, het jaar van zijn verkiezing, was Obama in Chicago lid van de Trinity United Church of Christ. Deze gemeente kwam in opspraak door de preken van ds. Jeremiah Wright, die uiterst kritisch is over het buitenlands beleid van Amerika, ook in het verleden. Wright vond onder meer dat de VS de aanslagen van 2001 aan zichzelf te wijten hebben.
Obama verbrak de banden met de predikant en met de gemeente. Officieel is hij nog wel lid van de United Church, maar gemeenteleden zien hem zelden.