Directeur Van den Berg (60) had dinsdag een drukke vergaderdag op het kantoor van zijn houthandel in Lopik. Exact drie jaar geleden was zijn volle agenda leeggeveegd: toen lag hij op de operatietafel in het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen. Zijn prostaat werd verwijderd omdat er een agressieve vorm van kanker in was geconstateerd. „Ik ging de operatie in met de belofte van mijn hemelse Vader: „Ik zal u niet begeven, en zal u niet verlaten.” Chirurgen kunnen nog zo knap zijn, maar de beste Medicijnmeester is in de hemel te vinden, niet hier op aarde.”

Het was eind 2012 toen Van den Berg bij een periodiek onderzoek zijn PSA-waarde liet bepalen. Die letters staan voor prostaat specifiek antigeen, tot nu toe de enige indicator voor prostaatkanker. Echter, een verhoogd PSA kan ook andere oorzaken hebben.

Na onderzoek in het streekziekenhuis werd Van den Berg verteld dat hij slechts „een klein beetje kanker” had. Directe behandeling was niet nodig.

De zakenman wilde daar zeker van zijn en vroeg een second opinion aan het Radboudumc in Nijmegen. „Daar zijn radiologen speciaal opgeleid om op MRI-beelden prostaatkanker op te sporen. Ik bleek een agressieve vorm te hebben en moest zo snel mogelijk worden geopereerd.”

Zijn eigen ervaring illustreert waar Van den Berg als voorzitter van de ProstaatKankerstichting voor pleit: dat ziekenhuizen zich specialiseren in de behandeling van een bepaalde vorm van kanker. „Voor een hartoperatie kun je ook niet in alle zestig ziekenhuizen terecht; dat gebeurt op zestien plaatsen in Nederland. Zo zouden er ook centra moeten komen voor prostaatkanker. Met een goede diagnostiek, waar alle behandelingen mogelijk zijn en er goede nazorg is. Huisartsen zouden daar automatisch naar moeten verwijzen als je klachten hebt op dit terrein.”

De ProstaatKankerstichting geeft voorlichting, komt op voor patiënten en overlegt met ziekenhuizen en zorgverzekeraars.

Van den Berg merkt dat er nog een groot taboe ligt op prostaatkanker. „Over kanker in de botten wil men nog wel praten. Maar als ik een bekende Nederlander die prostaatkanker heeft gehad, vraag om zijn verhaal te doen, is het antwoord: nee. De prostaat heeft met je mannelijkheid te maken en er kunnen klachten bij horen zoals impotentie en incontinentie. Daar praat je als man niet graag over.”

Toch is het belangrijk dat vooral oudere mannen het onderwerp ter sprake durven te brengen, vindt hij. „Zeker als het in de familie voorkomt, geldt: laat boven de 50 je PSA-waarde testen. Ga naar de dokter als je plas­problemen hebt. Helaas is het vaak al te laat als er bloed in de urine zit of je pijn in de botten hebt. Het is goed om in afhankelijkheid van de Heere te leven, maar we hebben ook de verantwoordelijkheid om de beschikbare middelen te gebruiken.”

www.prostaatkankerstichting.nl