Bonnetje Teeven-deal achtergehouden; commissie-Oosting herbenoemd
HILVERSUM (ANP). De commissie-Oosting, die onderzoek deed naar de Teeven-deal, gaat het onderzoek in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie heropenen. Dat schrijft minister Ard van der Steur maandag in een brief aan de Tweede Kamer.
Het gaat om een e-mailwisseling van ICT-medewerkers die Nieuwsuur aan Marten Oosting, de voormalige voorzitter van de onderzoekscommissie, en aan het ministerie voorlegde om commentaar.
Uit de mailwisseling, van de Gemeenschappelijke Dienst ICT die in 2014 en 2015 naar het bonnetje zocht, blijkt dat ICT-ambtenaren al in 2014 wisten waar de betalingsgegevens van de Teeven-deal te vinden waren en dat ze bovendien al succesvol bezig waren met een zogenoemde ‘restore’ (het opnieuw bruikbaar maken van oude computerbestanden), zo meldt Nieuwsuur.
Maar op 5 juni 2014 kregen die ICT’ers de opdracht daarmee te stoppen. Volgens de mailwisseling was de reden daarvoor dat het „voldoende is als feitelijk is vastgesteld dat er een back-up tape beschikbaar is. Hiermee is (blijkbaar) voldaan aan de meer ‘politieke’ vraag of er inderdaad een back-up tape beschikbaar is.”
Volgens Nieuwsuur is de mail verstuurd twee dagen nadat minister Ivo Opstelten aan de Tweede Kamer schreef dat het bonnetje onvindbaar was en dat er geen back-up systeem meer bestond.
„De commissie zal haar onderzoek zo snel mogelijk aanvangen en afronden”, schrijft minister Ard van der Steur maandag in een brief aan de Tweede Kamer. „In overleg met de commissie wordt bezien welke tijd zij nodig heeft om het onderzoek op verantwoorde wijze te doen.”
Halverwege december steunde bijna de hele oppositie een motie van afkeuring, die de ChristenUnie had ingediend over het beleid dat het kabinet onder leiding van premier Mark Rutte voerde in deze kwestie. Na een keihard debat werd de motie verworpen met 65 voor- en 77 tegenstemmen. De coalitiepartijen VVD en PvdA namen genoegen met de erkenning van Rutte, minister Van der Steur en staatssecretaris Klaas Dijkhoff dat zij fouten hadden gemaakt. Voor de coalitie was belangrijk dat er lessen worden getrokken uit de conclusies van de commissie-Oosting, die onderzoek had gedaan naar de deal. Rutte noemde het debat het „zwaarste” uit zijn dertienjarige politieke loopbaan. „Het is snoeihard en ik vrees dat er aanleiding voor is gegeven”.