Zó organiseer je een goed debat over vluchtelingen
DRIEBERGEN. Een blokopstelling van burgemeester tegenover een grote zaal werkt niet als de gemeente het gesprek aan wil gaan over vluchtelingen. Communicatiestrategen dachten vrijdag na over hoe het beter kan.
De opvang van vluchtelingen leidt vaak tot heftige reacties in de samenleving. In Steenbergen, Geldermalsen en Heesch liep de situatie ernstig uit de hand. Zo’n 260 communicatieadviseurs bogen zich gistermiddag in Driebergen over de vraag hoe de communicatie beter kan.
Het voorkomen van „kiekeboecommunicatie” is belangrijk, zo bleek tijdens het congres. Burgemeester Tigelaar uit Oud-Beijerland legde uit een tv-ploeg van Nieuwsuur bewust te hebben toegelaten tot de noodopvang. „De vluchteling moet een gezicht krijgen.” Een plenaire bijeenkomst zou hij niet meer organiseren. „Je voelt op zo’n moment de spanning in de zaal.”
Burgemeester Van Aert uit Best heeft er achteraf spijt van de media te hebben geweigerd. „We hebben de pers te lang op afstand gehouden. Dat zou ik niet meer doen.” Nijmegen heeft bewust een plenaire sessie gehouden. „Om burgers stoom te laten afblazen.” Kleinschalige informatiebijeenkomsten zijn vorige week stopgezet. „Er kwam niemand meer opdagen.”
Communicatie over vluchtelingen moet vooral in fasen plaatsvinden, aldus communicatieadviseur Eliane Schooneman. Van informeel op het schoolplein naar formeel bij plaatselijke stichtingen, media en de politiek. „Betrek de omgeving er persoonlijk bij”, ook via woonkamergesprekken en sociale media.
Schooneman wees erop dat de communicatie over asielzoekers sinds de gebeurtenissen in Keulen lastig is geworden. „Er verandert daardoor iets in de samenleving.”
Locatiekeus en zaalomvang zijn erg belangrijk in de communicatie met verontruste burgers over vluchtelingen. Een blokopstelling van burgemeester tegenover een grote zaal blijkt slecht uit te pakken. Gesprekken aan tafeltjes in de zaal leiden tot meer beschaafde discussies.
Uit onderzoek van researchbureau I&O (december 2015) blijkt dat 79 procent van de bevolking een asielzoekerscentrum accepteert, waarbij 29 procent als voorwaarde stelt dat het aantal vluchtelingen in verhouding staat tot het aantal burgers.
„Het gaat dus eigenlijk ontzettend goed in Nederland”, verklaarde communicatiestrateeg Duivenvoorde, directeur van Brainwork Communicatie. De beeldvorming wordt volgens haar echter beheerst door een kleine groep schreeuwers en een aantal uit de hand gelopen situaties.
Farah Karimi, directeur van Oxfam Novib, benadrukte dat migratie van alle tijden is. „Politieke leiders moeten opstaan en eerlijk benoemen dat migratie niet zal verdwijnen. We moeten zorgen dat het veilig gebeurt.”
Oorlog in Syrië, Irak en Afghanistan noopt mensen te vluchten. Van de 60 miljoen vluchtelingen komen er 1 miljoen naar Europa. De helft van hen doet dat volgens Karimi om economische motieven. „Gelukszoekers zijn het. Maar ik vind dat een geuzennaam. Ik weet eigenlijk niet wie er geen gelukszoeker is?”